711 In de Maginot-linie lag, boven de vesting-troepen, een groot aantal divisies van het veldleger. Tusschen het n. einde der linie, te Longuyon, en de zee, maar sterk naar het w. gemasseerd, bevonden zich 9 Britsche en 22 Fransche divisies, w.o. 2 gepantserde. Gnl. Gamelin zou eens te kennen hebben gegeven, een te hulp snellen van een reeds door de Duitschers binnengevallen België krijgskundig zoo riskant te achten, dat slechts viel te kiezen tusschen opstelling van de geallieerde strijdkrachten in dat land vóór de Duitschers er zouden zijn binnengerukt en zoo het reeds zou zijn aangevallen afwachten van de gebeurtenissen w.o. ongetwijfeld de vernietiging van het Belgische leger en opvangen van den daarop volgenden Duitschen stoot in de stellingen in Noord-Frankrijk. Wat geschiedde is, dat de Britseh-Fransche strijdkrachten op 10 Mei 1940 België binnentrokken naar de lijn Namen-Leuven-Antwerpen. Men had gerekend op luchtaanvallen, daarom nachtmarschen uitgewerkt. De Duit schers richtten zich echter tegen het achterland, zoodat ook overdag en dus sneller kon worden opgerukt. Dit zou de reden zijn, dat gnl. Giraud zelfs diep maar voor ons nog altijd te laat in N. Brabant kon door dringen. 10 Mei. In Nederland worden alle bruggen over IJsel, Maas-Waalkanaal en Maas vernield, die bij Heumen na herovering op een groep „burgers", welke haar door verraderlijk optreden tegen de bezetting in handen hebben gekregen, de spoorbrug bij Gennep nadat een pantsertrein is gepasseerd, welke echter bij Mill wordt vernietigd, die bij Venlo mèt den daarover rij denden pantsertrein. In België vallen de bruggen over het Albert-kanaal bij Vroenhoven, Veldwezelt en Briegden op nog niet verklaarde wijze intact in handen van den vijand, terwijl het fort Eben-Emael door daarop neerdalende para chutisten in bedwang wordt gehouden. Tusschen de Peelstelling en de Belgische stelling achter het Albert-kanaal gaapt zoo'n groot gat, dat standhouden in eerstgenoemde stelling te gevaarlijk is. De Nederlandsche troepen gaan daarom in den nacht van 10 op 11 Mei terug cp de Zuid-Willemsvaart. Engelsche en Fransche troepen rukken België binnen en marcheeren naar de K.W. I-linie. De gemot. Fransche troepen, die Nederland te hulp snellen (deelen van het Vïïe Leger, gnl. Giraud) bereiken Antwerpen. 11 Mei. De Duitschers trekken bij Westervoort over de IJsel, komen in contact met de troepen aan de Zuid-Willemsvaart en openen daarop in den namiddag het artillerievuur. Zij worden aanvankelijk tegengehouden doch tenslotte moeten de onzen terugtrekken, waarbij zij zware verliezen lijden onder hevige luchtaanvallen. De Fransche gemot, troepen bereiken de lijn 's-Herto- genbosch-Best. De strijd aan het Albert-kanaal eindigt met een doorbreking door gemot, troepen, die de geheele stelling en Luik in den rug bedreigen en de Belgen noopen, den terugtocht te aanvaarden. In Belgisch Luxemburg rukken Fran sche troepen op in de richting van Marche, Neufchateau en Arlon. 12 Mei. De Grebbe-linie houdt ondanks hevige luchtaanvallen stand. In N.-Brabant gaat de terugtocht voortop den n. vleugel breken gemot. Duitsche troepen langs de Langstraat door naar den Moerdijk de hoofdmachten van de gemot, colonnes van het Fransche Vile Leger houden halt in de lijn Breda- Steenbergen. Ook de Belgen gaan terug onder zware achterhoedegevechten nabij Tongeren. N. en z. van Dinant bereiken de Duitschers het dal van de Maas van Yvoir tot Givet. De forten van Luik houden nog stand.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 68