856 (nog) niet is ingevoerd, kunnen Zij thans nog niet tot deze corpsen worden toegelaten. Voor Inheemschen, die wenschen mede te werken aan de landsverdediging zou voorts het lidmaatschap van een vrijwillig oefencorps op zichzelf niet tot het gewenschte doel leiden, aangezien deze corpsen bij mobilisatie auto matisch worden ontbonden, doordat de leden zich 'bij het mobiliseerende leger ■moeten melden. Evenvermeld doel kan echter wel worden bereikt, wanneer zij zich vrijwillig verbinden bij de stads- of landwacht in hun woonplaats. 6. INHEEMSCHE KORPSEN. De oprichting van nieuwe vrijwillige legioenen of korpsen barisan in de zelfbesturende landschappen met name in de belangrijkste Javaansche Vorstenlanden werd nogmaals door eenige leden bepleit, ter versterking van de mankracht van het geheele defensieapparaat. Deze versterking van man kracht zal echter niet door den aanbevolen maatregel worden verkregen, omdat, zooals elders reeds is medegedeeld, voor de uitvoering van de uitbrei dingsplannen, waaronder de invoering van de Inheemsche militie, de op leidingscapaciteit tot het uiterste is uitgebuit. De oprichting van nieuwe legioenen zou derhalve ten koste moeten komen van de sterkte van het in opleiding te nemen militie-contingent, waarvoor geen aanleiding aanwezig is. 7. MILITAIRE LUCHTVAART. Voorloopig is t.a.v. den overgang in vasten dienst van kort-verband vliegers bepaald, dat ongeveer een vierde gedeelte van hen daarvoor in aanmerking kan komen. Hierbij zijn zooveel mogelijk dezelfde voorwaarden gesteld als voor den overgang in vasten dienst bij de andere wapens. De lessen uit dezen oorlog worden zooveel mogelijk ten harte genomen, ook v.wJb. den aanleg van vliegvelden. Bij de nieuwe vliegbases, welke thans in uitvoering zijn, wordt reeds een gewijzigd systeem van hanganbouw toege past. Overigens dient niet te worden vergeten, dat de hangars in hoofdzaak voor vredesgebruik zijn bestemd, waarbij mede de eischen van een econo misch en doeltreffend onderhoud der vliegtuigen in het oog moeten worden gehouden. Om redenen van defensiebelang kunnen hier geen verdere bijzonderheden over deze aangelegenheid worden verstrekt. Wel kan de verzekering worden gegeven, dat het moeilijke vraagstuk van een doelmatige camouflage daarbij de volle aandacht heeft. Groote reparaties van legervliegtuigen en vliegtuigonderdeelen werden tot voor kort inderdaad in slechts een enkele werkplaats uitgevoerd. Daarin is thans verandering gebracht, terwijl een verdere doelmatige verspreiding van reparatie-inrichtingen van genoemd en ander materieel in uitvoering is. 8. VRIJWILLIG VLIEGER CORPS. De extra subsidie voor het luchtvaartfonds ten behoeve van het Vrijwillig Vlieger Corps (onder subartikel 8.3.1.9.). bedraagt 950.000. De t.a.v. dit korps gestelde vragen kunnen thans nog niet worden beant woord, daar het nog in wording is. De Regeering stelt Zich voor hiertoe over te gaan, zoodra definitiever gegevens terzake beschikbaar zijn. 9. MATERIEEL. Er is h.t.l. geen buitenlandsch oorlogsmateriaal ontvangen, dat ondeugdelijk is. Tot den aanmaak h.t.l. van krijgsbenoodigdheden, welke vroeger hier nog niet zijn vervaardigd, wordt eerst dan overgegaan, wanneer aan de hand van proef- en leerorders is komen vast te staan, dat aan de gestelde eischen zoowel wat kwaliteit als tempo van aflevering betreft kan worden vol daan. Hieraan moge worden toegevoegd, dat de mogelijkheden tot aanmaak

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 114