822 quideerd, zal hem ongetwijfeld hebben aangemoedigd, de rest van zijn oor spronkelijk plan uit te voerende overweldiging van de Lage Landen als 'basis voor een lucht- en onderzeeboot-oorlog tegen Etageland. Of in dit plan inderdaad reeds rekening werd gehouden met een vernietiging en ge deeltelijke bezetting van Frankrijk, kunnen wij niet met zekerheid aannemen en slechts de historie zal dit kunnen uitmaken. Het karakteristieke van deze campagne was Hitler's zorg, den directen aanval te vermijden en de onafgebroken toepassing van het beginsel van „indirecte benadering", zulks niettegenstaande zijn ontzaglijke overmacht op het gebied van moderne aanvalsmiddelen. Ofschoon 'hij twee maal zooveel divisies op de 'been had als de Franschen en de Britten te zamen en zijn vechtwagens en vliegtuigen met 4 tegen 1 in de meerderheid waren feiten die voldoende rechtvaardiging zouden heb ben gegeven voor een aanval op de plaatsen van den meesten weerstand deed hij geen poging, door de Maginot-linie heen te breken. (D.w.z., niet voordat het geallieerde veldleger verslagen was. De actie, waarvan in l.M.T. 41/6 op blz. 628 de eerste phase is weergegeven, leidde ten slotte wel degelijk tot een doorbreking van de Maginot-linie, zooals den lezer van het tweede deel van het artikel De strijd in West-Europa, 10 Mei15 Juni 1940, voorkomende in dit nummer, zal zijn gebleken. Red. l.M.T.) Instede hiervan opende hij een „verleidend offensief" tegen de twee zwakke neutralen, Nederland en België, waardoor hij er gedeeltelijk in slaagde, de geallieerden uit hun defensieve stellingen langs de Belgische grens te lokken. En toen, nadat zij tot diep in de Lage Landen waren opgerukt (waarbij Hitier er wel voor had gezorgd, dat zij niet te zeer door zijn luchtmacht werden gestoord), toen bracht hij achter hen den eigenlijken slag toe met een stoot naar het ongedekte scharnierpunt van de Fransche linies. Deze doodelijke stoot werd uitgevoerd met een strijdmacht, die zoo klein was zij het dan ook dat zij was samengesteld uit pantserdivisies - dat men er aanvankelijk niet meer dan een probeersel in zou kunnen zien. Het feit, dat Hitler's opzet hier gelukte, was een noodzakelijk gevolg van de roekeloosheid of het fatale conventionalisme van het Fransche oppercommando, dat op den linkervleugel vrijwel alles concentreerde om een slag te leveren in België en daarbij de verdediging van den sector, waarin zich het scharnierpunt bevond (bij de Ardennen), overliet aan slechts enkele 2de rangs-divisies, die hier werden achtergelaten in een 'bosohrijke en heuvelachtige streek, die men ongeschikt achtte als opmarschterrein voor gemechaniseerde divisies. Wat nu den opbouw van Hitler's plan betreft, is het zeer wel mogelijk dat dit zoo'n „plan met vertakkingen" was, aan te passen aan verschillende ontwikkelingen en te concentreeren op verschillende objecten. Zoo een bewust en samengesteld opportunisme zou meer van strategisch inzicht bij den Duitschen despoot getuigen en karakteristieker voor zijn handelwijze zijn dan het starre, „van te voren in details ontworpen en conform uitgevoerde plan", waarover hij pochte in de overwinningsrede, die hij na den val van Frankrijk hield. Verder is het duidelijk, dat bij de snelle ontwikkeling van de Duitscbe doorbraak 'bij Sedan veel voordeel werd verkregen uit het feit, dat de daarop volgende opmarsch beurtelings verschillende objecten scheen te 'bedreigen en zoodoende de Franschen in twijfel liet omtrent zijn werkelijke richting, eerst of hij was gericht op Parijs dan wel de Belgische strijdkrachten in den rug moest treffen toen, nadat de Duitsche pantserdivisies naar het westen zwenkten, of hij op Amiens aanrukte dan wel op Rijssel. Zoo kon hij, steeds meer verwarring stichtend, naar de Kanaalkust voortsnellen. De tactiek van de Duitsche strijdkrachten was in overeenstemming met haar strategie. Front-aanvallen vermijdend, waren zij er steeds op uit, zwak ke punten te vinden, waardoor zij langs den weg van den minsten weerstand zouden kunnbn infiltreeren. Terwijl de toenmaals aan het bewind zijnde geallieerde staatslieden, die de moderne oorlogsvoering volkomen verkeerd begrepen, hun legers toeriepen, de invasie door „verwoede en onophoudelijke aanvallen" te stuiten, joeg de vloedgolf van Duitsche tanks langs en rondom hun trage infanterie-massa's. Terwijl de geallieerde bevelvoerders nog steeds

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 80