Een en ander houdt echter niet in, dat wij afwijzend zouden staan tegenover een omvorming van onze bestaande afdeelingen bergartillerie in afdeelingen motorartillerie op de wijze als door kapitein B. voorgesteldintegendeel, bij de thans aanwezige hoeveelheid geschut zou zulks een aanmerkelijke verhooging van het rendement hiervan geven. Mijn bezwaar was in hoofdzaak dat wij thans niet als in vredes tijd proeven kunnen nemen om dan na korter en of lang er en tijd tot een uiteindelijke organisatie te komen, terwijl wij in dien tusschentijd de zaak laten voor wat zij is. Ook voor den over gangstijd moeten wij een oplossing vinden immers, wij kunnen ieder moment geroepen worden voor onze taak en dan acht ik de door mij voorgestane oplossing de eenvoudigste en het snelst te verwezenlijken. Dat hierbij een gedeelte van de tactische be weeglijkheid moest worden opgeofferd is een bezwaar, dat n.m.m. zeer zeker mag worden aanvaard. Tegen deze „noodoplossing" nu voeren de kapiteins B. en H. bezwaren aan, welke ik niet kan onderschrijven. In de eerste plaats de meening van kapitein B. dat deze orga nisatie een slechts zeer beperkte tactische beweeglijkheid zou hebben. Ik heb gedurende eenige maanden zeer uitgebreide proef nemingen met een organisatie, ongeveer van het door mij voor gestelde type, meegemaakt en daarbij is opgevallen tot hoever men nog op secundaire en zelfs kampongwegen kon komen alvorens tot paardentractie moest worden overgegaan. En wat zijn bezwaar inzake de munitie-aanvulling betreft, m.i. gaat het in de verhoudingen, waarin deze „gemotoriseerde bergartillerie" zal worden gebruikt, niet om kilometers, maar inderdaad slechts om honderden meters. Het meerendeel der gevechtsacties, waarbij deze artillerie zal worden ingezet, zal zich m.i. afspelen op of nabij de groote wegen. Het Indische terrein leent zich slechts op betrekkelijk weinig plaatsen tot het voeren van het gemotoriseerde en gemechaniseerde gevecht op een breed front. Vijandelijke gemotoriseerde eenheden zullen bij raids, doorbraken of omtrekkingen van een kustfront a.a. over het algemeen de neiging hebben, aan de wegen te blijven kleven en pogingen tot doorstooten van deze eenheden zullen dus voornamelijk aan of langs de wegen worden gedaan. Een nader ingaan op dit onderdeel van het vraagstuk zou wel licht te ver voeren, afgezien van het bezwaar, den vermoedelijken inzet van onze troepen in een tijdschrift te behandelen. Hier sluit bij aan het bezwaar van kapitein H., als zou een gebruik van de motorvoertuigen bij een tactische verplaatsing te veel tijd vor deren. De inzet van gemotoriseerde eenheden, zoomede omtrek kingen en omvattingen zullen over het algemeen over veel wijdere fronten worden uitgevoerd dan wij tot nu toe gewoon waren het tijdverlies ontstaan door inladen van geschut en paarden wordt alsdan in de meeste gevallen n.m.m. wel gecompenseerd door de 797

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 57