Deze vaandels hebben monsterachtige afmetingen zij zijn 45
m hoog en 34 m breed. Men voerde ze op vaandelwagens mede
het bekendste is het Milaneesche, dat Keizer Frederik Barbarossa
in het jaar 1162 liet vernielen.
De riddertijd met zijn sterken nadruk op de heldhaftige per
soonlijkheid, voerde de ontwikkeling van de heiligen-banieren
(-vaandels) slechts daar verder, waar een bijzonder gemeenschaps-
en saamhoorigheidsgevoel tot uitdrukking kwam, dat de op zich
zelf staanden tot een verbond aaneensloot. Zoo stelden zich ridder
bonden met hun vaandels onder het patronaat van St. George,
den heiligen Mauritius en andere heiligen.
Na de rampvolle godsdienstverdeeldheid van de 16de eeuw wijst
het Protestantisme het heiligenbeeld afhet beperkt zich op
puriteinsche wijze tot Bijbelspreuken en Godsaanroepingen.
Luther's teruggaan tot den Bijbelschen grondtekst maakte den
naam van God in den Hebreeuwschen vorm zoo bekend, dat de
„Jehovazon" een overal bekend geworden Protestantsch vaandel-
embleem werd. Van Katholieke zijde verkreeg daardoor het ge
bruik van het heiligenbeeld een strijdbaar-politiek karakter.
Tegenover het „Pro libertate et religione" (Voor Vrijheid en Be
lijdenis) van Protestantsche zijde zet de Katholieke bewust haar
„Pro ecclesia et imperio" (Voor Kerk en Rijk).
Na de godsdienstoorlogen is de staatsgodsdienst in de Protes
tantsche landen niet langer van de vaandels af te lezen, zulks in
tegenstelling met de Katholieke rijken, waar men in het bij
zonder in Beieren, Oostenrijk en Spanje een uitgesproken
voorkeur deed blijken voor afbeelding van de Moeder-Gods. In
Beieren had dit plaats tot het eind van de 18de eeuw, in Oosten
rijk zelfs tot 1938. De Madonna werd dan vaak vergezeld van
spreuken als „Sub tuum praesidium protege nos" (Onder Uw
bescherming bescherm ons) of ook zooals meermalen in
Oostenrijk en Keulen „Monstra te esse Matrem" (Toont dat Ge
de Moeder zijt). Geliefd was ook het kruis met het bijschrift „In
hoe signo vinces" (In dit teeken zult ge overwinnen), zooals het
Keizer Constantijn voor den slag aan de Milvische brug in 312
zou zijn verschenen.
Niet politiek bedoeld, maar als teeken van Goddelijke bescher
ming en bijstand, zijn de talrijke religieuze emblemen op de vaan
dels der staten van Grieksch-Katholieke belijdenis op te vatten.
Zoo gebruikte men in Rusland omstreeks 1700, het „Oog der Voor
zienigheid", dat het zwaard leidt, omgeven door de keten (de
ketting) van de Andreas-orde, welke op het kruis van den Rus-
sischen Rijkspatroon afgebeeld is.
Zoo is ook een standaard van Prins Willem I van Oranje bekend,
tweeslippig, geboord met franje.
„Zij bevat een zijner emblemen, eene weegschaal en een altaar,
beide vermoedelijk naar den smaak dier tijden in natuurlijke
kleur op mij onbekenden grond, waar omheen in een cirkel het
928