Veel Japansche vliegtuigen zijn iin navolging van Amerikaansehe ontwer
pen gebouwd. Het jachtvliegtuig type 96 bijv. vertoont zeer veel overeen
komst met den ouden Boeing-jager.
De Japansche motor-industrie heeft op dien huidigen dag het stadium van
dien „1000 paards motor" nog niet bereikt.
Japan bezit zeven vliegdekschepen, drie van deze vliegdekschepen zijn
spiksplinternieuw. Het zijn de 10.050 tons zusterschepen „Soryu", „Hiryu" en
„Syokaku" („Koryu" Zie blz. 938 en 951. Red)De „Syokaku" werd in het
najaar van 1940 in dienst gesteld. Ieder van deze vliegdekschepen kan onge
veer 30 vliegtuigen meenemen.
Ter vergelijking dienen Amerika's nieuwste vliegdekschepen de „Enter
prise", „Yorktown" en „Hornet", waarvan de „Hornet" nog in aanbouw is.
Deze Amerikaansehe schepen zijn 20.000 tonners, die ieder vier escadrilles
(totaal 72 vliegtuigen) in vredestijd bij zich hebben, een getal dat in oorlogs
tijd tot 100 stuks per schip wordt opgevoerd.
De grootere vliegtuigcapaciteit van de Amerikaansehe schepen is niet al
leen toe te schrijven aan de grootere tonnenmaat, maar ook aan betere ge
bruikmaking van de beschikbare ruimte en aan de ervaring van Amerikaan
sehe vliegtuigbouwers in het bouwen van weinig plaats innemende inklapbare
speciale vliegtuigen voor gebruik aan boord van vliegdekschepen.
De grootste Japansche vliegdekschepen zijn de „Kaga" (27.000 ton), die
oorspronkelijk gebouwd werd als een 39.000 tons-slagschip en gewijzigd werd
ingevolge de vlootovereenkomst tusschen Groot-Brittaninië, Frankrijk, de
Vereenigde Staten, Japan en Italië in 1921, en het vliegdekschip „Akagi",
ook een 27.000 tonner. De „Akagi" zag oorspronkelijk het levenslicht als een
42.000 tons-slagkruiser.
De „Kaga" en de „Akagi" dragen normaal 30 vliegtuigen ieder, maar kun
nen 50 toestellen bergen.
De „Akagi" zou ongetwijfeld meer plaats kunnen bieden als het vliegdek
over de heele lengte van het schip was doorgetrokken en de ruimte daar
onder ials hangar was ingericht. Maar wat dat betreft schijnen alleen Ameri
kaansehe scheepsbouwers geneigd te zijn een grooten opbouw en wat dies
meer zij voor hun rekening te willen nemen.
De oudere Japansche vliegdekschepen zijn klein en langzaam. Wij noemen
de „Ryujo" en de „Hosho" van ongeveer 7.000 ton en 20 vliegtuigen ieder
met een snelheid van 25 knoopen.
Drie nieuwe vliegdekschepen zijn in aanbouw, maar deze zijn de eerste
twee jaar nog niet gereed.
Pas in het vorige jaar is de Japansche Marine er toe overgegaan catapult-
installaties op de slagschepen en kruisers te installeeren voor het afschie
ten van verkenningsvliegtuigen.
D. VLIEGKAMPSCHEPEN,
De Javabode bracht onderstaand belangwekkend artikel over
vliegkampschepen, dat wij met speciale toestemming overnemen.
Wanneer eenmaal de geschiedenis van dezen oorlog zal zijn geschreven, dain
zal blijken, welk een glorieuze taak in den oorlog ter zee door de vlieg-
kampsohepen is vervuld.
Aangezien het van het hooigste belang is bij elke actie van eenige betee-
kenis het luchtruim boven het operatiegebied gedurende de beslissende ge
vechtsmomenten te beheerschen, is de beschikking op het juiste oogenblik
en te rechter plaatse van een behoorlijke macht in de lucht van doorslagge
vend belang.
Voor een beweeglijke vloot, welke op de zeven zeeën opereert, is dat slechts
bereikbaar door het meevoeren van verplaatsbare vliegvelden en luchtesca-
drilles met alles wat daarbij hoort aan gronddiensten a.a. Het zijn de vlieg
kamp-, vliegdek- of vlie.gtuigmoedersChepen, welke als zoodanig zijn aan te
merken en welke reeds zulke uitstekende diensten bewezen bij verscheidene
acties ter zee im den huidigem krijg.
948