1070 Toch schenen er bepaalde groepen te zijn in Japan zij stonden onder meer onder leiding van den ambassadeur Admiraal Nomura die bereid waren, toe te geven en zich, wat de agressieve politiek van Japan betreft, zonder de catastrophale gevolgen van een oorlog, gewonnen te geven. Het is duidebjk, dat deze kans niet mocht worden voorbij gezien, die op het oogenblik van de grootste spanning bovendien nog de mogelijkheid liet tot bepaalde verschuivingen van vlooteenheden, waarover geruchten tot ons doorgedrongen zijn en van het opvoeren van de defensie op de Philippijnen b.v., maar die ook het onmiskenbaar nadeel hadden, dat Japan op zijn beurt zijn positie in Indo-China belangrijk hechter kon maken. Het laatste heeft men, ter wille van de eerste twee factoren op den koop toe genomen, maar in den loop van de afgeloopen maand is het helaas meer en meer duidelijk geworden, dat de groep in Japan, die den weg der redelijk heid wil bewandelen en die een oogenblik in kracht scheen te winnen, op het oogenblik weer terug moet wijken voor den druk der extremisten. Er komen met betrekking tot de binnenlandsche politiek in Japan slechts zeer schaarsche berichten door, want de censuur in het land van de Rijzende Zon is uitermate streng. Alleen weten wij, dat niettegenstaande alle be- uaiingsberichten, het land zich op allerhande gebied met de uiterste inspan ning op een oorlog voorbereidt en dat met de mogelijkheid van een militairen staatsgreep, die het land onder volslagen militaire dictatuur zal brengen, waarvan de gevolgen niet behoeven te worden uiteengezet, zeer ernstig rekening moet worden gehouden. Zelfs valt uit een combinatie van berichten van de laatste dagen af te leiden, dat deze militaire coup zeer dicht voor de deur heeft gestaan. In dit verband moge worden verwezen naar de rede van Stimson van eind September, waarin hij waarschuwde, dat een oorlog voor de Vereenigde Staten een kwestie van vier en twintig uur zou kunnen zijn naar de even eens zeer alarmeerende rede van den premier van Thailand, en naar de plotseling opgedoken berichten over een langdurig vacantieverlof van den Britschen ambassadeur te Tokyo, Sir Robert Craigie, die van het vertrek van een voor evacuatiedoeleinden beschikbaar gesteld schip gebruik zou hebben willen maken, Japan te verlaten. Het waren drie aanwijzingen, dat met de mogelijkheid van een ontploffing ernstig rekening werd gehouden. En het is eigenaardig, dat een bericht, dat waarschijnlijk de aanleiding geweest is, dat deze ontploffing althans is uit gesteld, in de dagbladen niet de prominente plaats heeft verkregen, welke het verdiende en ook in bijna alle buitenlandsche beschouwingen aan de aan dacht ontsnapt is. Wij bedoelen het enkele zinnetje, dat de keizer van Japan het opperbevel van het leger persoonlijk op zich heeft genomen. In vefband gebracht met de hiervoor bedoelde berichten kan dit niet anders beteekenen, dat aan een militairen staatsgreep, op het oogenblik, dat die op het punt stond zich te voltrekken, de wind uit de zeilen is genomen. Want keizer Hirohito staat aan de zijde van hen, die den oorlog niet wenschen en die bereid zijn, de feiten nuchter onder oogen te zien. Na zijn besluit, het opperbevel op zich te nemen, zou het doorvoeren van den militairen staats greep een daad van directe ongehoorzaamheid aan den Keizer zijn geweest en hoewel een deel van de modernisten hiertegen misschien niet zou op zien, is dit iets, waarvoor een zeer groot deel van de officieren zeker niet de verantwoordelijkheid zou willen dragen. Door het niet ter beschikking staan van bijzonderheden, moeten wij, bij de beoordeeling van hetgeen er thans in Japan gebeurt, op het terrein der hypothese blijven, maar het schijnt niet al te gewaagd, vast te stellen, dat hoewel de positie van het gematige element belangrijk is verzwakt er zich thans eerst nog andere dingen zullen moeten ontwikkelen, voor en aleer van een volstrekte dominatie der militairen sprake kan zijn. Wij bedoelen hiermede niet te zeggen, dat het gevaar verminderd zou zijn. Niets is min der waar. Maar het schijnt wel zeker, dat er achter de schermen op het oogen blik in de militaire en marinekringen een strijd gaande is tusschen hen, die het absolute gezag en de onaantastbaarheid van den keizer willen blijven er-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 100