4. VERKLEINDE SCHIETTERREINEN door H. De eischen, die h.t.l. uit een oogpunt van veiligheid, zoowel voor de schutters als voor de bevolking, aan schietterreinen wor den gesteld zijn en ten rechte steeds hoog geweest. Hierdoor zijn de afmetingen van slechts voor het oefenen van geweer- of karabijnschutters bestemde terreinen mèt de daarbij aansluitende, gevaarlijke en onveilige zones zelfs bij een bescheiden aantal ba nen reeds vrij aanzienlijk. Als gevolg daarvan was het, daar eenerzij ds rekening moest worden gehouden met de belangen van de bevolking en anderzijds met 's Lands financiën, ook voor ter reinen van evengenoemden beperkten opzet niet steeds mogelijk, te komen tot aanleg op korten afstand van het kampement of van de kampementen. Dit gold vooral t.a.v. groote garnizoenen met verschillende, verspreid gelegerde korpsen. Daarentegen leverde het gebruik van deze terreinen weinig bezwaren op door ze naar gelang van de grootte van het garnizoen meer banen te laten tellen, konden alle onder de elen ruim uitkomen met het aantal dagen, waarop zij er de beschikking over kregen. De invoering van den karabijnmitrailleur tot een aantal van 6 in eiken bataljonsstaf, bracht in dit opzicht geen moeilijkheden. Anders werd het, toen evengenoemd wapen nu reeds ettelijke ja ren geleden zijn intrede deed bij de fuselier compagnieën. Reeds toen moest met het aantal schietdagen en banen worden gewoe kerd en kostte de verdeeling vaak veel hoofdbreken. De indeeling van mitrailleurcompagnieën bij de veldbataljons vermeerderde de moeilijkheden belangrijk. Al spoedig bleek, dat de wissel dien zij trok op de capaciteit van onze schietterreinen, niet kon worden gehonoreerd, althans zonder te kort te doen aan de schietopleiding, hetgeen, zooals wel geen betoog behoeft, ontoe laatbaar zou zijn geweest. Een uitweg werd gevonden door eenige schoolschietoefeningen, voornamelijk die op de grootere afstanden, te doen houden op de gevechtsschietterreinen. Deze oplossing had echter ten gevolge, dat verscheidene onder- deelen, behalve voor de gevechts-, tevens voor de schoolschiet oefeningen één of meermalen per schietjaar buiten het garnizoen moesten verblijven, hetgeen verschillende bezwaren opleverde. Zij bracht bovendien slechts korten tijd uitkomst. Door de uitbreiding van het aantal legereenheden, waarbij naast handvuurwapenen ook automatische wapenen werden ingedeeld, 1187

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 21