1232
Op 14 Mei gaat de marsch over Zundert, Nieuwmoer en Nispen in de
richting van Bergen op Zoom, waar weerstand wordt ondervonden. Den
15en, 16en en 17den Mei neemt de afdeeling dan met de S.S.-divisie deel
aan den strijd in Zeeland. Op laatstgenoemden dag verzamelt zij te Roozen-
daal en krijgt daar opdracht, zich ver achterwaarts uithalend te verplaatsen
naar de omgeving van Atrecht.
Op 18 Mei marcheert zij over Tilburg en Eindhoven naar het 5 km
z. van Hasselt gelegen St. Lambert, dat in de morgenschemering van 19 Mei
wordt bereikt 150 km in 24 uur). In den avond gaat het verder over
Huy naar Houyet, waar wordt gerust. Den 20sten komt men tegen den mid
dag te Givet aan de rest van den dag gaat verloren met wachten tot de brug,
waar een infanterie-divisie over trekt, vrij is. Tegen het vallen van de
duisternis kan men verder. De wegen zijn overvuld en worden door Fransche
vliegtuigen gebombardeerd.
In den morgen van 21 Mei wordt Hirson bereikt, vanwaar het langs einde-
looze infanteriecolonnes en stroomen vluchtelingen (it was well for us, that
we had the complete command of the air) verder gaat, over Guise en Bohain
naar Bantouzelle, 10 km z. van Kamerijk, en vervolgens naar Wanquetin,
12 km. w. van Atrecht (op de schets op biz. 1030 in I.M.T. 1941 nr. 10 hal
verwege Warlus en Avesnes). Bij Croisilles (zie genoemde schets) loopt men
echter vast tegen een infanterie-divisie, die in gevecht is gewikkeld tegen
Atrecht. De afdeeling buigt af naar het w., doch stuit na 10 km bij Boiry
op een gemotoriseerde divisie, waarop (Fransche) vechtwagens aanvallen.
Er gaan geruchten dat het geheele gebied w. van Atrecht door sterke Ge
allieerde troepen is bezet, in het bijzonder Avesnes.
Op 22 Mei den dag van den Britschen tegenaanval w. en z. van Atrecht
bezet de afdeeling in den morgen met het gros Avesnes en met 1 com
pagnie het 3 km zw. van Warlus gelegen Simencourt. Uit genoemde plaatsen
verkent men in n. en z. richting doch ontmoet geen vijand. De afdeeling
bemerkt dus niets van de Britsche troepen, die w. van Atrecht oprukken, te
12.00 Anzin bereiken en 2 uur later uit de lijn Atrecht-Warlus ten aanval
gaan. Deze magere resultaten vinden een mogelijke verklaring in het feit,
dat er in de afgeloopen 48 uur geen gelegenheid is geweest, de bedrijfsstoffen
aan te vullen. En, zooals een Fransch schrijver heeft gezegd, de motor kent,
anders dan het paard, geen patriotisme Men moest zuinig zijn er was
nog slechts voor een 50 km benzine.
Niettemin krijgt de afdeeling omstreeks 12.00 een nieuwe opdracht. Zij
moet in de richting van Aix Noulettes, Béthune en Lillers verkennen voor
een S.S.-divisie, welke tot taak krijgt, oprukkend in de richting van Aire,
de rechterflank te beschermen van 2 pantserdivisies, die langs de Kanaalkust
marcheeren. (De afstand van Avesnes tot het Kanaal bedraagt 70 km
Drie verkenningsgroepen" gaan uit. Nr. 1 stelt de aanwezigheid van
vijand vast in de omgeving van Servin. Nr. 2 bereikt Béthune en stuit
daar op pantserhindernissen en afweergeschut. Nr. 3 meldt dat Lillers vrij
is. Deze berichten komen nog voor het vallen van den avond binnen, waarop
de afdeeling zich op de laatste benzine verplaatst naar Antennes, waar
men een onbeschadigd door de Engelschen achtergelaten benzine-depot
vindt
In den morgen van 23 Mei keeren de 3 verkenningsgroepen bij het gros
terug, waarop 3 andere uitgaan, richting St. Venant, Hazebroeck en Kassei.
Geen dezer slaagt erin, het kanaal van la Bassée te overschrijden daar
alle bruggen zijn vernield. De afdeeling komt met het gros dan ook niet
verder dan Floringhem, wordt' blijkbaar gepasseerd door de divisie.
Haar regimenten gaan op 24 Mei het kanaal over het rechter vermees
tert St. Venant, terwijl de verkenningsafdeeling naar Allouagne gaat en
vandaar 2 groepen uitzendt, welke resp. over Béthune en St. Venant moeten
verkennen tegen Estaires. Eerstbedoelde groep loopt in Béthune vastbij
het overschrijden onder vuur valt een pantserauto in een vaartde motor
rijders moeten te voet een gevecht aangaan. De tweede groep rukt te