,a§fc S Fig. 3 Warmte-afvoer van het menschelijk lichaam door verdamping en uitstraling, bij verschillende lucht temperaturen, in stilstaande lucht ad le. De door ademhaling afgegeven hoeveelheid warmte be draagt 10 a 15 van het totaal. Voor onze warmtebere- keningen wordt zij hetzij als constante beschouwd, hetzij uit hoofde van deze onveranderlijkheid zonder meer verwaarloosd. ad 2e. De door straling, geleiding en convectie afgevoerde warmte wordt meestal aangeduid als voelbare warmte of droge warmte. De voelbare warmte doet de temperatuur van de om ringende lucht stijgen, eensdeels direct door rechtstreeksch contact (geleiding, convectie), anderdeels indirect door uitstraling. In het laatste geval moet de uitgestraalde warmte eerst worden „opgevangen" door een willekeurig ander lichaam in ons geval bijv. de kleeding en ver volgens weer door geleiding en convectie aan de lucht worden afgegeven. De veroorzaakte temperatuursstijging is niet alleen objectief te constateeren met een thermo meter, doch inderdaad ook subjectief „voelbaar" vandaar de uitdrukking voelbare warmte. De uitdrukking droge warmte beteekent slechts, dat deze warmte uitsluitend zonder verdamping van vocht, dus langs „drogen weg" aan de lucht wordt afgestaan. 133 2f 3 .4 O 5 10 15 Luchttemperatuur °C O <b -V- fc "o Q» .O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1942 | | pagina 34