5
meermalen beschreven waterdichte tentmaterieel der DuitschersT
waarvan men zich naar behoefte als schilder jassen bediende, er
schuiltenten voor een paar man of grootere tenten tot voor een
„Zug" van maakte. De man droeg het tentmaterieel op marsch
steeds bij zich en het nut daarvan zag ik den 17den Augustus bij het
spoorwegvervoer van het 3de zeebataljon van Tongku naar Tientsin
dat ruim 3 uren duurde en onder een schier voortdurende zware
regenbui plaats had in open goederenwagens.
Door de tentdoeken om te slaan, hielden de menschen zich
zelven en hunne uitrusting toen vrij goed droog.
Wat overigens de samenstelling en uitrusting der Duitsche
expeditie betreft, was het in menig opzicht goed te merken, dat
•dit de eerste overzeesche expeditie op groote schaal was, welke
door het Rijk werd ondernomenontegenzeggelijk zal de onder
vinding nu opgedaan, in de toekomst zeer in het voordeel van
Duitschland zijn.
Te oordeelen naar hetgeen ik van de Japansche militairen zag,
zou ik hen onmiddellijk na de Duitschers willen noemen.
Stel ik den Japanschen soldaat dus reeds zeer hoog, ik twijfel
er niet aan of er is nog meer uit hem te halen, want hij schijnt
mij alle eigenschappen te bezitten om er een voortreffelijk mili
tair van te maken.
Hij is niet dom, dapper, zeer gehoorzaam, buitengewoon sober
in zijne behoeften, gehard tegen groote warmte en strenge koude
en zindelijk; mij dunkt, dat van een leger, dat over zulk sol-
datenmateriaal beschikt, alles te verwachten is. Dat het op 't
oogenblik nog niet geheel aan die verwachtingen beantwoordt,
moet hoogstwaarschijnlijk daaraan worden toegeschreven, dat
het leger op den voet, waarop het thans is georganiseerd, nog
betrekkelijk jong is, het heeft zelf nog te weinig oorlogsonder
vinding om daarop te bouwen en de officieren althans de ou
dere van wie dan toch de verbeteringen in hoofdzaak moeten
uitgaan schijnen mij zich op nog geen voldoend Westersch
standpunt gesteld te hebben, om voor hun leger de ondervinding
te benutten, welke elders bij oorlogen werd opgedaanm.a.w. het
Japansche leger staat, dunkt mij, nog te veel geïsoleerd.
Ik twijfel er echter niet aan. of in dien toestand zal betrek-