9 in Oostelijke richting, die de waterscheiding vormt tusschen de Tapong Kiri en de Kampar Kanan en één in Noord-Noord- Oostelijke richting, die de waterscheiding daarstelt tusschen de Kampar Kanan en de Kampar Kiri. Tusschen die beide uitloopers ligt in het Westen een berg land, dat doorgroefd wordt door verschillende diepe valleien Batang TakoesKapoer Mahat enz), die alle hun opening hebben aan de Oostzijde en zich vereenigen ten Westen van of bij Moeara Mahatzoodat de daarin stroomende rivieren tot een geheel, de Kampar Kanansamenvloeien. Stelt men zich nu voor, dat de opening van die valleien in voorhistorische tijden aan de Oostzijde tusschen Moeara Mahat of liever nog Poelau Gadong en Paloentjoean Tonggak was afge sloten door een dwarsrug met laag zadel, die de beide genoem de groote uitloopers verbond. De Kampar Kanan zou dan met geweld door dat zadel zijn heengebroken om verder zijn weg naar de Oostkust te zoeken. Van af Paloentjoean Tonggak worden de beide uitloopers steeds smaller en lager en verwijderen zich meer en meer van elkaar, zoodat de vallei van de Kampar Kanan steeds breeder, maar ook steeds lager wordt en langzamerhand, evenals die uitloopers, overgaat in het laagland van de Oostkust van Sumatra. Stroomafwaarts van Paloentjoean Tonggak vindt men nog slechts één terreingedeelte, namelijk in Bangkinangdat er op schijnt te wijzen, dat de groote uitloopers in vroeger tijden ook ■daar door een dwarsrug zijn verbonden geweest en dus op die plaats voor de laatste maal aan de Kampar Kanan den door tocht naar de laagvlakte hebben trachten te versperren. Deze beschouwing maakt geenszins aanspraak op geologische juistheid. Zij dient slechts om de, wat den verticalen vorm van het land betreft, zeer onvolledige kaart, Bijlage C, aan te vullen, en eene eenvoudige voorstelling te geven van de gesteldheid van den bodem, zoodat de lezer, zonder lange en, waarschijnlijk door onvoldoende gegevens toch onduidelijke, beschrijving, zich eenigszins een denkbeeld van die gesteldheid kan maken. Uit die voorstelling volgt, wat ook met de werkelijkheid ■overeenstemt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 161