15 Wat er in den weg staat, wordt medegesleurd, groote stukken van den oever worden met alles, wat er op staat, weggeslagen, het water stijgt soms tot één, op de laagste plaatsen zelfs tot twee, Meter boven den oever. Dergelijke groote overstroomingen hebben gewoonlijk een maal of zes in elk seizoen plaats. Het water bereikt in enkele uren zijn hoogsten stand en komt de rivier binnen een of twee dagen weder binnen hare oevers terug. Een enkele maal gebeurt het, dat het land langer, soms zelfs een week, onder water blijft staan. Stroomopwaarts is de rivier in die tijden niet bevaarbaar, stroom afwaarts slechts met veel moeite en niet zonder gevaar, zelfs voor de op dit gebied buitengewoon bedreven bevolking. Het gevolg van die bandjirs is, dat de bedding zich steeds verplaatst, de rivier voortdurend breeder wordt en op tal van plaatsen eilanden en zandbanken zich vormen, die de scheep vaart zeer belemmeren en de diepte zeer ongelijkmatig doen zijn. Een zeer nadeelige invloed op de bevaarbaarheid van de rivier wordt uitgeoefend door de z.g.n. lantaks. Dit zijn staketsels van zware bamboe of hout. De palen worden op onderlinge afstanden van 1 a 2 Meter in den grond gedreven in loodrecht op de stroomrichting staande rijen. Soms vindt men 4 tot 6 van zulke rijen, op niet meer dan 1 a 2 Meter afstand, achter elkander. De palen zijn, in de richting van den stroom, door dwarsbalken (bamboe) verbonden, zoodat de breedte der rivier in een groot aantal vakken van 1 a 2 Meter breedte wordt verdeeld, waar door vaartuigen van passende afmetingen met veel moeite kun nen worden heengewerkt. Om de stevigheid te bevorderen worden de palen, ook lood recht op de richting van den stroom, dikwijls verbonden door dwarsbalken, dikke rottan, boomwortels enz, waardoor dan eene bepaalde versperring ontstaat en er niets meer door kan. De voorste rij palen wordt beschermd door een soort stroom breker, waarvoor men klapperboomen bezigt, die, in het vlak van den stroom staande, met het eene uiteinde op den kop

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 167