18 -
Komt het land meer tot ontwikkeling, dan zal bij het aanleg
gen van wegen en bruggen met die bandjirs rekening moeten
worden gehouden.
De groote uitgaven, die dit zal veroorzaken, zouden onder de
tegenwoordige omstandigheden echter buiten alle verhouding staan
tot het daardoor bereikbare nut.
Behalve de moerassen en rivieren vormen ook de bosschen
eene belangrijke terreinafscheiding.
Buiten de bestaande voetpaden zijn zij meestal onbegaanbaar
en kan men er zich slechts met het kapmes een doortocht door
banen.
Aangezien echter die bosschen zoo goed als geheel onbewoond
zijn en behalve in Kampar en Tambang nergens tot aan den oever
van de rivier reiken, leveren zij voorshands voor de operatiën
in de V Kota geen groot bezwaar op.
Bij meerdere ontwikkeling van het land zullen de boschpaden
van zelf verbeterd worden.
Mocht men van uit de V Kota tegen de omliggende onafhan
kelijke staatjes willen ageeren, dan zou dit gemis aan goede com
municatiewegen een ernstig beletsel kunnen worden, en zou men,
naar gelang van omstandigheden, tot het aanleggen van nieuwe
paden verplicht zijn.
Het bewoonde gedeelte van de V Kotadus het terrein nabij
-de rivieroevers, is bijna geheel bebouwd en in den drogen tijd in
alle richtingen goed begaanbaar buiten de wegen.
De uitgestrekte, meestal geheel vlakke tegallans, waarop slechts
weinig boomen staan, maken, dat men ook veelal een ruim uitzicht
heeft.
Het vormt een vrij open, weinig doorsneden vlakte, die den ver
dediger geen bijzondere natuurlijke tactische voordeelen oplevert.
Het binnenrukken van het land kan, zoowel aan de Oost- als
aan de Westzijde, bij een oordeelkundig gebruik van het terrein,
:?eer moeielijk worden gemaakt.
Heeft men echter eenmaal die toegangen geforceerd, dan zijn
-ook de natuurlijke moeielijkheden overwonnen, het goed begaan
bare, overzichtelijke terrein levert dan den verdediger noch dek
king tegen vuur, noch aanleuning voor de flanken zijner stellingen,
die overal kunnen worden omtrokken.