22 Naar hetgeen er van gezegd werd, zijn het alle hoschpaden, die- hetzelfde karakter vertoonen als dat van het versterkte bivak te Bangkinang naar Si Balimbing. De voornaamste zijn: 1. (op den rechteroever) het pad van Aer Tiris naar Goenoeng- Sailan 50 paal, wordt weinig gebruikt. 2. (op den linkeroever). ci. Van Pantei Tjermin naar Aer Tiris met een zijtak naar Poe- lau Papeng 25 paal, wordt weinig gebruikt. b. Van Batoe Gadjali naar Pakan Bangkinang 20 paal, wordt vrij druk gebruikt. c. Van Bandjar Kasang naar Pakan Bangkinang 22 paal,, wordt vrij druk gebruikt. Als toegangswegen tot de V Kota zijn zij niet noodig, nu het land veroverd is en de ervaring heeft geleerd, dat het land, zoowel van de bFesi-als van de Oostkustdoor onze troepen vrij gemakkelijk kan worden binnengerukt. Voor zoover betreft de paden, die van de V Kota naar de Tapong Kiri en de Siak rivier leiden, deze zullen als marschwegen be halve voor kleine patrouilles, waarvoor zij ten allen tijde bruikbaar zijn wel nooit, of ten minste niet in de naaste toekomst, worden gebruikt. De Tapong Kiri is tot Batoe Gadjali bevaarbaar voor vaartuigen van minstens drie voet diepgang en kan deze plaats met een prauw al boomende, van af Pakan Baroein 3 tot 6 dagen worden bereikt. Zorgt men dus bijtijds te Pakan Baroe eenige stoombarkassen te hebben, die daar de van Java aangebrachte goederen uit de stoomschepen overnemen, dan kunnen deze waarschijnlijk in één dag doorgevoerd worden naar Batoe Gacljali. Mocht het daarom ooit noodig zijn eene expeditie naar de Ta pong Kiri te zenden, dan zal de opvoer van Sumatra's Oostkust langs de Siak-rivier en de Tapong Kiri zooveel eenvoudiger en ge makkelijker zijn dan opvoer van de West kust uit over Pajakoemboeli Loeboek Bengkoeang, KotaBaliaroePoelau Gadang en door de VKota dat er geen sprake van kan zijn deze laatste richting te bezigen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 174