35 Afzonderlijk optreden van de landschappen is verboden. Voor het inwendig bestuur staat aan het hoofd van elk land schap een „poetjoek andiko", bijgestaan door een vast aantal ..penghoeloe andiko", w. o. de „penghoeloe nan ka-ampatsoekoe" die ieder weder onder zich hebben een „doebalang adat" en een „toe- wah kampong" en die allen te zamen het negorij bestuur vormen. De galars zoowel van den poetjoek als van den penghoeloe, doe balang en toewah kampong zijn erfelijk. Allen voeren den titel van „datoe." De negorij is verdeeld in „bandjar", onder het bestuur van een „toewah bandjar" met den titel van v Band har o" Een ieder, die daartoe geschikt geacht wordt, kan tot toewah bandjar worden aangesteld, hunne galars zijn niet erfelijk. Men kan deze dignitarissen beschouwen als wakil of pagawer van den penghoeloe. Zij zijn belast met het dagelijksch bestuur en hebben onder hun toezicht een groep kampongs van verschillende soekoe. Zij mogen kleine zaken berechten, maar van hunne uitspraak bestaat appèl bij het negorijbestuur. Voor godsdienstzaken heeft men in elke negorij een „malim' met erfelijken galar en officieele plaats in de balai. Behalve dezen „malim" met erfelijken galar heeft men in elke bandjar een „malim" zonder erfelijken galar, die hulp verleent bij huwelijken en sterfgevallen. De 5 negorijbesturen te zamen vormen het bestuur van het bondgenootschap, dat, behalve in buitenlandsche aangelegenhe-, hen, ook als hoogste rechtbank optreedt. Het gezag, door dit bestuur en elk zijner leden uitgeoefend, is gering. Worden gewichtige zaken behandeld b. v. kwestiën van oorlog of vrede, dan neemt de geheele mannelijke bevolking aan de be raadslagingen deel. Als bijlage is bij dit opstel gevoegd eene opgave van de galar der verschillende hoofden, hunne plaatsen in de Balai en van de Soekoe der penghoeloe. (Bijlage E.) Zij geldt ook voor de rijkjes Kampar en Tambangwaar het bestuur geheel op dezelfde leest is geschoeid. In het onbeduidende Si (soengeij BalimUng is de bestuursin-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 187