HOOFDSTUK III. Beknopt historisch overzicht van de aanrakingen tusschen de bewoners van de V Kota Kampar en de vertegenwoor digers der \ederlandsch-Indische Regeering. De relaties tusschen de Nederlanders en de bewoners der V Kota Kampar stammen reeds uit overoude tijden, althans vindt men door Netscher [de Nederlanders in Djohor en Siak] vermeld, dat in het jaar 1686 te Malakka een contract omtrent levering van tin werd gesloten tusschen de Vereenigde Oost-Indische Compagnie en de vertegenwoordigers van Aer TirisBangkinang Salo en Koewo Of dit contract tot uitvoering kwam en wat voor de partijen, die het sloten, de gevolgen ervan zijn geweest, wordt niet nader opgegeven. Van veel beteekenis waren die gevolgen waarschijnlijk niet; de Oost-Indische Compagnie waagde zich bij voorkeur niet in het binnenland, zoodat haar invloed in de zoo ver van zee verwijderde V Kota bezwaarlijk groot kan zijn geweest. Eerst toen de Padri-oorlog de Nederlandsche bezetting van Sumatra's Westkust dwong steeds dieper het land in te gaan, schijnen de oude betrekkingen met de V Kota weder te zijn herleefd. Bij schrijven van 8 Mei 1844, No. 58 rapporteerde de civiele gezaghebber van Poear Datardat zich in de V Kota Kampar een sterke partij had gevormd, die zich aan de Nederlandsch- Indische Regeering wenschte te onderwerpen, maar aan dien wensch geen uitvoering kon geven, omdat een aanzienlijk deel van hoofden en bevolking er beslist tegen was en daarbij ge steund werd door de handelaren van Pangkalan Kota Baharoe die eene belangrijke bron van inkomsten vonden in het van de Ooskust, door de V Kota heen, binnensmokkelen van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 201