57 V Kota ten oorlog toerustte en Aer Tiris en Roembio de wapen plaats Si G-angio van Koewo hadden bezet en dat, niettegenstaande de commissie had doen verzoeken zulks tegen te gaan (Geheim •Gouvernements Besluit dd. 8 Mei 1860 Letter FI) uit Siak veel vuurwapenen en munitie werden ingevoerd. Slechts de hoofden van Koeloeloet bij Teratak Boeloe hadden den •doorvoer van een en ander geweigerd. Het eenige resultaat van de werkzaamheid der commissie was, •dat op eene te Moeara Takoesden 6en Maart 1859, gehouden bijeenkomst van de hoofden van Kampar, Tapoeng,lV Kota Rokan Pandalian en Pangkalan VI Kotade V Kota uit de Kampar -fede ratie werden uitgestooten. Yoorloopig had men nu geen verdere officieele aanrakingen met deze landstreek, niettegenstaande de bevolking daarvan met •die van het gouvernementsgebied eenen vrij levendigen handel bleef voeren. In 1861 rapporteerde de commandant van Zijner Majesteits ■Semarancji die Pakan Baroe aan de Siak-vivi&v had bezocht, dat hij vernomen had, dat een sterke partij in de V Kotayoor onderwer ping aan het Nederlandsche gezag was, mits men het land bracht onder Siakdaar van eene onderwerping aan Sumatra's Westkust moeielijkheden in het verkeer met Siak werden gevreesd (brief van den Gouverneur van Sumatra's Westkust dd. 23 Mei 1861 No. 1617). Dat die partij evenwel niet de overheerschende was, bleek over tuigend in 1865. De mijningenieur R. Everwijn zou in de VKota een onderzoek naar het voorkomen van tin instellen en werd hem door den as sistent-resident der L Kota als gids toegevoegd Datoe Padoeka Sindoro van Kota Bahroe Pangkalan. Na de noodige inlichtingen te hebben ingewonnen, raadde deze Datoe de reis zoo sterk af, dat er van af werd gezien. Dat die inlichtingen juist waren, werd bewezen door de zeer slechte ontvangst, die eenen afgezant van den resident van Riouw te beurt viel, die naar de V Kota was gezonden om den heer Everwijn op zijne verdere reis naar Siak als gids te dienen. Men belette dien afgezant door te reizen en deelde hem mede, dat men vast besloten was geen Europeanen in het land toe te laten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 209