91 - De détail samenstelling der expeditie zou per eerste postgelegen- heid worden toegezonden. Cavalerie, dwangarbeiders en verder van Java te zenden per soneel zouden in den namiddag van 8 Augustus van Batavia ver trekken met de rechtstreeksche boot naar Padang. Ter voorziening in den garnizoensdienst kon zoo noodig tijdelijk een compagnie van het 16e Bataljon Infanterie van Padang-Pan- djang te Padang worden gelegerd. Aan officieren, onderluitenants en adjudant-onderofficieren werd een maand tractement (soldij) als entrée de campagne toegekend. De dag, waarop verpleging op voet van oorlog zou ingaan, zou nader worden medegedeeld. Omtrent de door den Militairen Commandant van Sumatra's Westkust aan den expeditie-commandant uit te reiken instructie zouden nadere bevelen worden gezonden. Den volgenden dag ontving de Militaire Commandant van Suma tra's Westkust bericht: le van den Chef der Ie Afdeeling van het Departement van Oorlog, dat een schrijver van het Gewestelijk- en een van het Plaatselijk Commandement te Padang werden bestemd voor den staf der expeditie, terwijl een korporaal-schrijver van Batavia voor het veldpostkantoor werd aangewezen. 2e van den Chef van het Wapen der Infanterie, dat de sterkte van het 17e Bataljon voor de expeditie zou bedragen: 18 officieren en onderluitenants, 2 officiers paarden, kleine staf 9 Europeesche minderen, 4 compagnieën elk sterk 150 man, waaronder begrepen het detachement van Poelau-Gadong; en de sterkte van den trein 1 luitenant, 1 officierspaard, 1 sergeant-majoor, 5 Europeesche sergeanten, 9 inlandsche sergeanten of korporaals; benevens per 25 minderen één vrouw. Verder werd medegedeeld dat per eerste boot ter aanvulling naar Padang zouden vertrekken

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 243