129 bouw een 1,20 a 1,50 Meter hooge borstwering van kalisteenen met grond er tusschen, binnen die borstwering een put; aan twee zijden lag het gebouw geheel vrij, aan de Noord-Oostzijde lag op ruim 20 pas, aan de Zuid-Westzijde op ongeveer 15 passen er vandaan eene inlandsche woning; het uitzicht aan de rivier zijde werd slechts belemmerd door een paar bamboestoelen. Het werd noodig geacht dit punt te bezetten, eerstens als verbindingspost tusschen de colonne en Poelau Gadongverder om toezicht uit te oefenen op het riviertransport en om aan de transportdekkingen zoo noodig steun te verleenen en een punt te verschaffen, waarop zij met het konvooi veilig konden terugtrekken. Maar ook de verpleging van de expeditionnaire troepen eischte, dat hier een vivresmagazijn werd opgericht. De ervaring had geleerd, dat het transport te land tusschen Poelau Gadong en Poelau Balai zulke buitengewone moeielijk- heden opleverde, dat het, zelfs wanneer de bevolking goed gezind bleef, waarschijnlijk niet mogelijk zou zijn al het benoodigde langs dien weg op te voeren en in ieder geval daardoor de ope- ratiën zeer zouden worden bemoeielijkt en vertraagd. Het transport te water was uit den aard der zaak oneindig ge makkelijker, maar de gesteldheid der rivieroevers en de inrich ting der beschikbare vaartuigen was van dien aard, dat eene be hoorlijke dekking van de konvooien op de rivier onmogelijk was. Mocht dus de bevolking tot vijandelijkheden overgaan, dan stonden ons op dit gedeelte van de etappelijn groote moeielijk- heden te wachten. Daarom werd het wenschelijk geacht van de aanvankelijk gunstige gezindheid van de bevolking gebruik te maken om te Poelau Balai al dadelijk een voorraad vivres voor 14 dagen voor de geheele troepenmacht bijeen te brengen. Mocht dan later de stemming der bevolking omslaan, dan had men hier eenen nieuwen operatiebasis en behoefde men zich dus, althans de eerste dagen, niet te bekommeren om de verbinding met Poelau Gadong. De hoofdmacht der expeditionnaire troepen kwam tegen het middaguur te Pakan Bangkinang aan en betrok daar het bivak. Onmiddellijk daarop werd eene vergadering belegd met de ver- a

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 281