131 Omtrent de gezindheid van de bevolking van Roembio konden zij geen zekere inlichtingen geven, maar zij vertrouwden, dat ook deze zich zoude onderwerpen. Zij deelden nog mede, dat de Radja van Tambang naar Siak was getogen om zich aan den Sultan van dat rijk te onderwerpen. Last werd gegeven om hem en den Radja van Kampar op te roepen om voor den expeditiecommandant te verschijnen. Voor zoover men de toestanden op dit oogenblik kon overzien, wees alles er op, dat de voornaamste onruststokers en mede plichtigen aan den moordaanslag op den heer Clifford te Bang- kinang thuis behoorden en de bevolking van dat landschap het minst handelbaar was, zoodat moest ondersteld worden, dat mo gelijk later ontstane verwikkelingen in de eerste plaats daar zou den uitbreken. Daarom werd voorloopig het hoofdkwartier der expeditie ge vestigd te Pakan Bangkinangdat zich ook door zijn ligging, ongeveer midden in de V Kotabijzonder daartoe aanbeval. In verband daarmede werd last gegeven het vivresmagazijn van Poelau Balai hierheen te verleggen en op die plaats slechts een voorraad voor 14 dagen voor de bezetting zelve aan te houden. Een groot, bijna voltooid, aan den passar op ongeveer 30 Meter van den rivieroever gelegen, huis kon zonder veel moeite tot magazijn worden ingericht en werd gedurende het verdere ver loop der expeditie dan ook daarvoor gebezigd. De balai, een groot, solied en ruim gebouw werd tot verband- plaats en logies voor het hospitaalpersoneel ingerichtde dwang arbeiders van de ambulance vonden onder dit gebouw, welks emplacement ongeveer één voet hooger dan het omliggende ter rein was gelegen en waarvan de vloer op bijna 1,50 Meter boven den grond lag, een voldoend logies. Den 29en Augustus rukte de expeditiecommandant met 1 Europeesche en 1 inlandsche compagnie met een ambulance en 2 dagen vivres van Pakan Bangkinang naar Roembio op. De hoofden van Aer Tiris waren op de grens bij den Boekit Pa- lembajan present en begeleidden den expeditiecommandant op den verderen tocht. De weg was, voor zoover dit sedert den vorigen avond had kunnen geschieden, op inlandsche wijze in orde gebracht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 283