145 - Hoofden en bevolking der V Kota hadden aan al de door de Regeering gestelde eischen volledig voldaan. De moordenaars van den Heer Clifford waren wel is waar niet uitgeleverd, maar dit was ook niet mogelijk, doordat zij zich dooi de vlucht aan de rechtsmacht van het bestuur der V Kota had den weten te onttrekken. Daarentegen was voor iederen niet uitgeleverden moordenaar, ingevolge den gestelden eisch, f 250 betaald. In overeenstemming met den waarnemenden Gouverneur van Sumatra's Westkust verzond daarom de expeditiecommandant den iOen September een telegram van Pakan Bangkinang aan den Militairen Commandant van Sumatra's Westkusthoudende voorstel de expeditie met ingang van 15 September d.a.v. te ontbinden. Bangkinang zou voorloopig bezet blijven door een gemengde compagnie, de bezetting van Poelau Balai worden opgeheven, die van Poelau Gadong verminderd met een peloton, de genietroepen zouden worden aangehouden om de stroomversnellingen in de Batang Mahat op te ruimen. In hetzelfde telegram werd medegedeeld, dat het niet noodig was Teratak Boeloe en Pakan Baroe langer bezet te houden en dat de op die posten aanwezige voorraden konden worden over gebracht naar Bangkinang Tevens werd in overweging gegeven een genieofficier met eenige werklieden naar Bangkinang te zenden voor het oprichten van den nieuwen post. De intendant der expeditie stelde verder, spoedshalve onder nadere goedkeuring, nog voor de achterblijvende troepen te ver plegen volgens tarief 16 en te bepalen, dat de officieren zouden voorzien in eigen voeding, maar tegen betaling vivres zouden kunnen ontvangen uit 's Lands voorraden. Verpleging volgens tarief 15 zou niet mogelijk zijn, omdat, behalve uitmuntend karbouwenvleesch en wat rijst van minder goede hoedanigheid, in de V Kota zoo goed als niets van menage- benoodigdheden te koop is. Deze voorstellen, door den Militairen Commandant van Sumatra's Westkust bij het Legerbestuur overgebracht, werden bij telegram van den Commandant van het Leger van 15 September goed gekeurd met bepaling, dat aan de achterblijvende officieren, onder- 10

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 297