173 TOELICHTINGEN. Dieren. Bij den Trein. Officierspaarden. Troepenpaarden. Draagpaarden. 1 Muildieren. Mandoers. Koelies. 4 14 16 10 5 1 7 1 94 23(1) 2 2 172 6 (1) 19 voor reserveuitrusting en 4 voor kookge- reedschapde reservemunitie wordt op marsch niet meegevoerd. (2) Korporaal der genietroepen of conducteur. (3j Militaire schrijver. (4) Waarvan '1 adjudant-onderofficier-kwartiermees ter en 1 schrijver voor het administratief beheer van de detachementen der speciale wapens en den trein, en 1 schrijver voor den luitenant-kwartiermeester voor het bataljon. (5) Luitenant-kwartiermeester voor het bataljon. (6) Waarvan 1 adjudant-onderofficier, 1 conducteur 2e klasse, 1 schrijver en 4 magazijnsbedienden. (7i Uit het personeel der veldambulances wordt dat voor een veld ziekenzaal getrokken. (6a) Ingevolge dispositie van den Militairen Com mandant van Sumatra's Westkust van 20 Augustus •1899 No. 1936 uitgebreid met één sergeant der infan terie om dienst te doen als conducteur der militaire administratie op den etappepost Loeboek Bengkoeang. (7a) Ingevolge telegram van den Commandant van het Leger van 25 Augustus '1899 No. 750 uitgebreid met één officier van gezondheid eerste of tweede klasse voor het begeleiden van ziekentransporten van Poelau Gadong naar Pajakoemboeh. 4 14 16 10 14 299

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 325