Bijlage T. Expeditie naar de V Kota Kanvpar. Regelen voor het verzenden vun telegrammen door de tele- graafbrigade. I. Mondelinge telegrammen worden nooit overgeseind. II. De autoriteiten, die bevoegd zijn om van de diensten van ■de telegraafbrigade gebruik te maken, zijn 1. Expeditiecommandant. 2. Chef van den staf. 3. Intendant expeditie. 4. Chef velhospitaal Poelau Gadong. 5. Chef transportwezen op communicatielijn (luitenant Ver- scliuir) 6. Ambtenaar Binnenlandsch Bestuur, toegevoegd aan den expeditiecommandant. 7. Plaatselijk Militaire Commandant te Poelau Gadong en eventueel later te bezetten plaatsen. Komen de Gouverneur van Sumatra's Weskust dan wel de Gewestelijk Militaire Commandant binnen het rayon van de telegraafafdeeling, dan zijn ook deze autoriteiten van rechtswege bevoegd tot telegrafeeren. 20 Augustus 1899 te Poelau Gadong bijgevoegd: III. Particuliere telegrammen van officieren en civiele ambte naren kunnen gratis worden overgeseind naar Pajakoemboehwaai de Plaatselijk Militaire Commandant zorgt voor verder doorseinen. Zij mogen niet worden overgeseind zonder geviseerd te zijn door den expeditiecommandant of den chef van den staf en- na het binnenrukken der V Kota— door den Plaatselijk Militairen 'Commandant te Poelau Gadong en worden behandeld, als er geen diensttelegrammen over te brengen zijn. Kota Baharoe den 19en Augustus 1899. De Expeditiecommandant op last. De Chef van den Staf. (w.g.) Kronouer.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 356