28 mij belangrijk genoeg voor om de meening van erkend bekwame mannen ter zake te vernemen, te meer, daar ook in deze aan gelegenheid de gevoelens in Indie niet overeenstemmen. Waar in Indie een paard gefokt moet worden, dat niet bestemd is alleen stappend werk te verrichten, doch, hetzij onder den ruiter, hetzij aangespannen, in snelle gangen moet kunnen gaan, is eene keuring op het exterieur alleen ten eenenmale onvol doende. Daarover vond ik hier geen verschil van meening. De con stitutie van een hengst, zoowel als tal van gebreken, leert men eerst kennen, wanneer het paard het een en ander heeft moeten presteeren. Waar in hoofdzaak voor den luxehandel wordt gefokt, moge te verdedigen zijn, dat een hengst slechts „mooi" behoeft te zijn, voor Indiewaar in de allereerste plaats een deugdzaam oorlogspaard moet worden gefokt, geldt zulks allerminst. Het geen ik omtrent het Landgestüt te Celle aanteekende, ademt denzelfden geest, terwijl dat ons ook kan leeren, hoe wij de hengsten hebben te verplegen. Volgaarne geef ik toe, dat het niet altijd mogelijk zal zijn dekhengsten te verkrijgen, waarvan men zeker weet, dat zij werkelijk goed zijn, doch het streven moet daarop gericht wezen, dat in eene niet te ver verwijderde toekomst voor de voortteling alleen die hengsten worden benut, welke het bewijs hebben geleverd, dat zij eene goede constitutie paren aan een krachtig hart, ruime en gezonde longen en stalen pezen en spieren. ad 5. De castratie. Trof ik bij de bespreking der vorige punten zoo goed als geen verschil van meening aan, weinig anders was het bij deze kwestie gesteld. Alhoewel de meeste heeren van gevoelen waren, dat een hengst zeer waarschijnlijk door zijne meerdere energie tot meerderen arbeid in staat zou zijn, waren echter enkelen van meening, dat de ruin te verkiezen zou zijn boven den hengst, om dat men verwachtte, dat de ruin grooter zou worden dan de hengst. Algemeen daarentegen was men van gevoelen, dat na castratie een zekere graad van traagheid en slapheid intreedt, terwijl niet zelden een onaangenaam phlegma bij den ruin wordt waar genomen, hetwelk men bij den hengst niet vindt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 60