58 Reeds te 2*/ï uur n.m. kon het bivouak worden betrokken en gingen nog patrouilles uit met de opnemers en om een rund te schieten. Gedurende den regenachtigen voornacht viel een enkel schot op het bivouak, waardoor een dwangarbeider sneuvelde. Vermits in Linggö onvoldoende padé aanwezig bleek, zond de lste luitenant Boreel heden drie brigades met 60 dwangarbei ders onder bevel van den Ist6 luitenant Watrin naar Nalön en Onèng, om daar rijst te gaan stampen. Eerstgenoemd officier rukte zelf te 7 uur v.m. uit met eene afdeeling van twee brigades in de richting van Landé en keerde te i uur n.m. te Linggö terug. In den avond werd het bivouak wederom licht beschoten. 22 October. Wederom werd te 7 uur v.m. opgebroken, om de water scheiding met Isa* over te trekken. Na zeer steil klimmen en dalen, was het geheel te 2 uur n.mte Koeala Rajang in bivouak vereenigd. Bij Dah werd eene uitgezonden patrouille uit voorladers beschoten. Van den pretendent was geen spoor te vinden, terwijl het ook niet gelukte, om iemand te arresteeren, ten einde berichten in te winnen. Sedert ons vorig verblijf in Isa* had de bevolking alle padé en alle kippen weggehaald en kon het aan eene patrouille na lang zoeken eerst gelukken een karbouw te schieten. In Linggö rukten twee patrouiles uit, ieder ter sterkte van eene brigade. In Nalön werd nog veel padé gevonden, zoodat daar en in Onèng rijst kon worden gestampt. 23 October. Nu gebleken is, dat de pretendent vermoedelijk niet is gevlucht naar Möngkör of Isa* besloot ik naar Lènang terug te gaan, waai de Atjehsche gewonden waren achtergelaten en waar wellicht nog lieden zouden kunnen worden aangetroffen, die meer aanwijzin gen zouden kunnen geven omtrent de verblijfplaats van den vijand.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1902 | | pagina 90