99
rustenliet spreekt van zelve, dat de uitrusting van een veld
hospitaal grooter moet zijn dan dat eener geneeskundige sectie
bij kleine troepenafdeelingen, dat de veldhospitalen wederom eene
kleinere uitrusting moeten hebben dan meer achterwaarts lig
gende hospitalen, maar bij het veelvuldig verwisselen van werk
kring bij onvoorziene omstandigheden, welke gedurende den
oorlog schering en inslag vormen, het onderling vicarieerende
optreden der verschillende soorten van ziekeninrichtingen, met
het oog op dat alles komt het mij absoluut noodzakelijk voor, dat
bij alle een zelfde systeem ten grondslag ligt en zoo moetin casu
het type van tent voor alle soorten van verplegingsinrichtingen
uniform zijn.
Wat had, in het genoemde voorbeeld, Major Thiele van het
field-hospital, hetwelk wij te Brandfort zagen, aan zijne marquise
tenten, zwervende ergens in Kaapkolonie, terwijl hij zelf zich
moest behelpen met de slechte bell-tents. Makins 1) erkent ook,
dat de veldhospitalen dikwijls sterk in hunne transportmiddelen
werden bekort, en daardoor belemmerd in hunne werkingswijze.
Telkens en telkens klaagden Engelsche doctoren mij over de
enorme besnoeiing in transportmiddelen, door Kitchener bevolen
soms werd hun zelfs een deel hunner muildieren afgenomen voor
•de eeuwige „military reasons" en daar dit wel in eiken oorlog
en bij elk leger zal gebeuren, springt de noodzakelijkheid te
meer in het oog, om te zorgen, dat hetgeen het hospitaal dan
nog behoudt uit het meest bruikbare bestaat, en moet mijns
inziens de tent bij een verband- of hoofdverbandplaats dezelfde
zijn als die bij veldhospitalen.
De eischen, aan zulk een tent te stellen (speciaal heb ik hiel
de tropen op het oog), moeten naar mijne meening zijn:
lo. Met te zwaar gewicht, en gemakkelijk en spoedig op te
richten zijn
2o. 't Materiaal moet gemakkelijk te repareeren en gemakkelijk
verkrijgbaar zijn; zoo zullen in de tropen alle staanders uit bam
boe, niet uit houten balken of latten bestaan;
3o. Het dak moet zijn dubbel, en door afzonderlijke lijnen en
piketpaaltjes gespannen worden; tenten, waarbij het dak tege-
1) L. C. pag. 27 en 28.