met goed gevolg aan een soortgelijke proef' ondeiwoipen ge
weest is. Daarentegen waren de drie gelijmde geheel onbe
kwaam geworden, doordat, tengevolge van het opnemen van
water door de lijm, de bies langs de geheele lengte 1 mM.
boven het bovenvlak van de lade uitstak en tusschen bies en
lade een opening ontstaan was, die ter hoogte van hetstaait-
stuk 2 mM. en meer breed was.
Moet in het algemeen reeds het „lijmen" aan oorlogswapenen
als uit den booze worden beschouwd, uit de genomen proef
blijkt, dat het vermaken der laden van het geweer M. 95 tot
laden voor het verlichte geweer geen aanbeveling verdient.
De ontlaadstok.
Het zevental in gebruik gegeven ontlaadstokken, waarvan er
onderscheidenlijk drie uit 3, twee uit 4 en twee uit 5 deelen
waren samengesteld, ter gezamenlijke lengte van 0.836 M. en
een gewicht van 0.112 KG-. (Bijlage B blz. 12), voldeden alle.
Wordt elk gewaardragende voorzien van een stuk der uit 5
deelen samen te stellen ontlaadstok, dan is zulks, in verband
met het geringe gebruik, dat er van gemaakt wordt, ruimschoots
voldoende.
m. Het kaliber.
Het kaliber (Bijlage B blz. 12) van een tweetal verlichte
geweren toonde na de proef een toename van 0,01 mM.,
hetgeen in overeenstemming is met het dienaangaande bij het
geweer M. 95 waargenomene.
Ook daar worden de kalibers, die oorspronkelijk tusschen 6.46
en 6.49 mM. varieeren, door het gebruik wijder, om op 6.51
h 6.53 mM. vrij wel constant te blijven.
n. Waargenomen gebreken.
Gebreken werden bij het verlichte geweer niet waargenomen
de gangbaarheid der onderdeelen het stellen van het vizier
en de moeilijkheid bij het openen, als gevolg van den te kleinen
grendelknop, uitgenomen deed in geen enkel opzicht onder
voor die van het geweer M. 95.
Den llen en den 25en Februari brak bij het openen van den
grendel van een verlicht geweer de lip van den haan af.