- 7 met uitzondering van Beneden Tripa was vleesch niet te ver krijgen; zelfs groenten en lombok waren slechts in zeer geringe hoeveelheden te betrekken, op de ladangs haast niet aanwezig. In Tripa werden vivres, uit Meulaboh ontboden, ontvangen; evenzoo te Blang Pidië. Met het oog op de zeer dun gezaaide bevolking langs het te beloopen pad, werd van uit Blang Pidië voor den tocht naar Bo ven Tripa voor 8 dagen rijst en andere levensmiddelen en 7 dagen vleesch medegenomen. De verwachting, hoogerop voedsel te zullen aantreffen, werd teleurgesteld. Op dezen geheelen tocht moest de man voor zich zeiven (of in vereeniging met een of twee anderen) koken; voor het bereiden van thee en koffie werden 6 petroleumblikken medegenomen. Het ration rijst bedroeg enkele keeren 0,5 KG. meestal slechts 0,45 KG.; het kwam ook voor, dat de man niets kreeg en niets kon vinden. Vleesch werd, met uitzondering van Tripa, waar een buffel werd aangekocht, slechts in geconserveerden toestand verstrekt tot niet grootere hoeveelheden dan hoogstens 0,15 a 0,20 KG. per man en per dag. Ongetwijfeld zijn deze rations te klein en werd er ook over. onvoldoend eten geklaagd; vrijheid, zich meester te maken van alles, wat eetbaar was, gaf op dezen tocht weinig resultaat, daar doorgaans niets te vinden was; het voedsel was zonder afwisseling. Geleid door de ondervinding in de eerste dagen te Seunagan opgedaan, werden eerst de door den man gedragen rations ge nuttigd, vóór dat verder uit den trein werd geput, dan wel nieu we rations aan den man te dragen gegeven werden. Bij het uitreiken der rations, dat plaats vond bij aankomst in het bivouak, werd voor minstens 24 uren tegelijk uitgedeeld; de rijst moest door ieder man persoonlijk gehaald worden op het vastgestelde tijdstip, onder toezicht van den officier; het vleesch werd door de sectiecommandanten en mandoers ver deeld, waarbij deze laatsten onbetrouwbaar bleken te zijn; zout, olie en dergelijke kon de man bij den commandant van den trein halen. De nadeelen van zelf koken kwamen op dezen tocht helder aan het licht, daar, met uitzondering van een paar malen, elk bivouak geheel moest opgebouwd worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1903 | | pagina 217