12
Voor de toebereiding van het eten waren medegenomen:
4 middelsoort kookketels.
2 kleine braadpannen.
4 petroleumblikkenen voorts voor de verlichting
16 bollantaarns.
Door mijn ervaring geleerd ben ik n.L een tegenstander van
het koken door den man zelf.
Het eenige nadeel, aan de door mij gevolgde methode verbon
den, is, dat voor de kookgereedschappen en bollantaarns 9 dra
gers moeten uitgetrokken worden, doch overigens zijn daaraan
■niets dan voordeelen verbonden.
Aan het koken door den man zelf kleven de volgende nadeel en
le. Elk man is geen kok, en velen eten daardoor minder goed
de bewering, dat elk inlander rijst en sajor kan koken, is verre
van juist; niet alleen wat het Europeesch kader en de Am-'
boineezen betreft, maar zelfs voor de inlanders is deze stelling
slechts ten deele waar.
■2e. Na inspannende tochten zal de man dikwijls te vermoeid
zijn om lust te hebben zijn maal te bereiden en zal hij liever
dadelijk gaan slapen dan eerst nog al die moeite te hebben.
3e. De op wacht getrokken brigade, althans de op post staande
manschappen, kunnen bij aankomst niet dadelijk koken en
voor hun eten zorgen.
■4e. Brigades, die bezig zijn met koken, doch onverwacht moeten
uitrukken, moeten haar kookpannetjes in den steek laten.
5e. Des morgens moet de man zooveel vroeger opstaan.
•6e. Deze methode werkt het rampassen in de hand.
De door mij gehuldigde verplegingswijze heeft die nadeelen
niet en de goede en smakelijke toebereiding van het eten is be
ter verzekerd.
De meening, dat men, als elk man voor zich kookt, minder
afhankelijk is van zijn trein, is denkbeeldig.
Bij den marsch van Kroepoek naar Linggö liet ik mijn trein
los, liet ieder zijn ongekookte rijst medenemen, liet door 1 dwang
arbeider 4 petroleumblikken, 1,5 KG. zout, 2,5 KG. koffie, KG.
lekkage. Alleen aan de offieieren, in de keuken, en voor de fakkels der briga
des werd petroleum verstrekt. De troep behielp zich met fakkels van kajoe
salah.