3. Het onderzoek naar de bruikbaarheid van elk der stelsels in het
bijzonder als veldmitrailleur, toegevoegd aan infanterie en cavalerie.
Met betrekking tot de vuurvaardigheid van de drie mitrail
leurstelsels staat de Maxim-mitrailleur bovenaan.
De bevestiging op den drievoet geschiedt sneller dan bij de
beide andere, terwijl deze daartoe eerst nog uit hun foedraal ge
nomen, en bij den Skoda-mitrailleur bovendien nog de laadtrech-
ter geplaatst moet worden.
De bevestiging op den drievoet is bij den Skoda-mitrailleur ge
heel onvoldoende, omdat bij niet in een bepaalden stand kan
worden vastgezet, wat onder zekere omstandigheden, bv. bij.
nachtelijk vuur, toch een noodzakelijk vereischte is.
Het gewicht vormt bij geen der mitrailleurs een bezwaar voor
het vervoer. De groote lengte van den Hotchkiss-mitrailleur
maakt deze echter minder geschikt voor de vervoerwijze bij de
cavalerie.
Aangezien bij het Hotchkiss-materieel geen draagzadels wa
ren geleverd 1), werden met dit materieel geen draagproeven
met de cavaleriesectie gehouden. Een nader onderzoek in hoe
verre, door het afnemen van het schouderstuk of verkorting van
den loop, de Hotchkiss-mitrailleur voor het vervoer bij de cava
lerie meer geschikt zou zijn te maken bleef vanzelf achterwege,
toen gebleken was, dat deze mitrailleur ook om andere meer ge
wichtige redenen niet voor invoering bij het Indische leger in
aanmerking kon worden gebracht.
De Skoda-mitrailleur is in het terrein het moeilijkst aan het
gezicht te onttrekken door den hoog uitstekenden laadtrechter,
waardoor ook de handlanger (lader) zich telkens moet blootgeven.
Het laatste is eveneens het geval bij het gebruik van houders
-bij den Hotchkiss-mitrailleur, zelfs in den laagsten stand dien de
drievoet toelaat, omdat de houders zeer moeilijk door een lig-
genden man zijn in te brengen.
1) Wegens hun groot gewicht (32 K. G.) werden de door den fabrikant voor
het Hotchkiss-materieel vervaardigde draagzadels door de commissie met de aan
schaffing belast niet aangenomen (zie het extract uit den brief van den ge-
pensionneerden kolonel-titulair C. M. Gude, dd. 15 Maart 1902).