b. Zwitserland.
Zwitserland heeft eveneens twee verschillende mitrailleuror-
•ganisatiën en wel infanterie- en cavaleriemitrailleurs.
De drie infanteriemitrailleurcompagnieën behooren tot de
bezettingstroepen van St. Gothard en St. Maurice.
Hun organisatie berust op een zeer lokaal gebruik in het
moeilijk begaanbaar bergterrein in de omgeving dier verdedigings
werken.
In verband hiermede wordt de mitrailleur (Maxim-stelsel) en
de munitie op den rug gedragen.
Van veel meer belang voor ons zijn de bereden mitrailleur-
eompagnieën, omdat hun organisatie inderdaad zeer goed aan het
met de invoering beoogde doel schijnt te beantwoorden en het
geen dienaangaande bij oefeningen en manoeuvres in Zwitserland
bleek voornamelijk den stoot heeft gegeven tot invoering van
mitrailleurs in andere Europeesche legers.
Blijkens het reeds in Februari 1888 ingediende ontwerp voor
de invoering der bereden mitrailleurafdeelingen, werd daarmede
voornamelijk beoogd de in getalsterkte zwakke cavalerie een
hulp wapen te verschaffen bij de vervulling van den ophelde-
ringsdienst, welke laatste in het bijzonder in Zwitserland, ten ge
volge van de terreingesteldheid, een veelvuldige toepassing van
het gevecht te voet zal medebrengen.
Als eisch werd echter daarbij gesteld, dat de bereden mitrail-
leurafdeelingen in geenendeele aan de mobiliteit van de cavalerie
mochten schaden 1).
Het is op deze grondslagen, welke sedert onveranderd ge
handhaafd bleven, dat na langdurige beproeving medio 1898
een definitieve organisatie werd ingevoerd, waarbij met losla
ting van het oorspronkelijke denkbeeld om aan elk regiment
cavalerie een zelfstandige mitrailleursectie toe te voegen 2)
aan elk der 4 cavaleriebrigades een bereden mitrailleurcom
pagnie, tellende 8 Maxims, wordt toegevoegd.
De compagnieën vormen zelfstandige eenheden buiten het
1) Lieut, col. Willdbolz. La mitrailleuse Maxim dans notre cavalerie«Re
vue Militaire Suisse,'' Juni 1894.
2) Actes officiels. «Revue Militaire Suisse," 1894 blz. 44.