124 sterkte aan op Java te legeren mitrailleurcompagnieën, gebaseerd op een uiteenzetting van de wijze, waarop de verdediging van Java onder verschillende omstandigheden kan worden gevoerd, ligt buiten het bestek van dit verslag. Voldoende is het te doen uitkomen, dat onder alle omstandigheden, bij het gebruik der op Java beschikbare troepen, het afzonderen van een zoo krachtig en mobiel mogelijk veldleger en beperking van het binden van troepen aan plaatselijke verdediging op den voorgrond moeten staan. Gelet op de strijdkrachten, waarmede de verdediging zal moeten worden gevoerd, acht de commissie 5 compagnieën infanterie- mitrailleurs en één compagnie bereden mitrailleurs (elk van 8 Maxims) 1) een voor de sterkteverhoudingen der veldtroepen zeer passende toedeeling. De compagnie bereden mitrailleurs kan geheel of ten deele voor den ophelderingsdienst of voor een deel bij den hoofdstrijd worden gebezigd. 8. Vredesindeeling der mitrailleurcompagnieën op Java. Aan den voor de vredesindeeling van de veldmitrailleurs gestelden eisch, nl. dat die indeeling de gelegenheid moet bieden om de troepen in vredestijd in de samenwerking met de mitrailleurs te oefenen, kan door de in Bijlage III aangegeven dislocatie der op Java te legeren mitrailleurcompagnieën worden voldaan. 'Wordt van de te Tjimahi te legeren mitrailleurcompagnie één sectie bij het 18e Bataljon te Buitenzorg gedetacheerd, dan zouden volgens deze dislocatie alleen Djokja en Solo, en dus het over deze beide garnizoenen verdeelde 7e Bataljon, van veldmitrail leurs verstoken zijn. 9. Indeeling der mitrailleurs in de Buitenbezittingen. Voor elk der gewesten in de Buitenbezittingen is, met uit zondering van Sumatra's Westkust, Sumatra's Oostkust en Atjeh, gerekend op het minimum, waartoe de organisatie kan worden gebracht, nl. sectiën van 2 mitrailleurs. 1) De organisatie der compagnieën zal later worden besproken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1903 | | pagina 382