128 trailleurcompagnieën een intregeerend deel vormen, even eens vierledig is. Vooral echter meent de commissie groote waarde te moeten hechten aan de op veel juister tactische grondslagen berustende regeling van de gevechtslaak der officieren bij de compagnieën van 8 mitrailleurs. Een goed beginsel is het, de pelotonscommandanten hun geheele aandacht te doen wijden aan de leiding van het vuur op de door den compagniescommandant aan te wijzen doelen en den com pagniescommandant in staat te stellen meer zijn aandacht op het algemeen verloop van het gevecht te vestigen. Hierdoor toch wordt niet alleen een goede vuurregeling verzekerd, maar bestaat tevens waarborg, dat voor de onder vuur te nemen doelen de tactisch meest gewichtige worden gekozen. 2. Samenstelling en indeeling der compagnie. De samenstelling en indeeling der mitrailleurcompagnieën zijn gedetailleerd aangegeven in de Tabellen A tot en met G van Bijlage IV. Daaruit blijkt, dat de indeeling van de officieren en hun commandoverhouding tot de sectiën dezelfde is als die bij de infanteriecompagnie. Bij de proeven bleek, dat voor een behoorlijk overzicht over hunne afdeelingen het noodzakelijk is, dat de compagniescom mandant en de beide pelotonscommandanten bereden zijn. Voor de pelotonscommandanten is het, indien zij te voet zijn, ondoenlijk gedurende de beweging naar eisch toe te zien op het behoorlijk blijven liggen van de lasten der pakpaarden. De compagniescom mandant moet o. m. bereden zijn, om zich gedurende een oorlogs- marsch nabij den bevelhebber te kunnen ophouden en bij den opmarsch tot het gevecht snel de in te nemen stelling, alsmede den weg daarheen, te verkennen; deze noodzakelijkheid geldt ook voor de pelotonscommandanten, indien hun afdeeling wordt toe gevoegd aan een detachement, dat een zelfstandige opdracht krijgt te vervullen. Ter verduidelijking van de indeeling van de officieren en het kader is in Bijlage V een schematisch overzicht gegeven van het gevechtsechelon eener infanteriemitrailleurcompagnie in vuur- stelling.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1903 | | pagina 386