168 het stadium waarin thans nog de proef met Australische ponies verkeert, het gebruik van deze paardensoort zich vooralsnog uit sluitend tot de mitrailleurdraagpaarden moet beperken. Bij de beproeving bij de cavaleriemitrailleursectie, maar in het bijzonder uit een in de maanden December en Januari jl. te Salatiga gehouden onderzoek onder de leiding van het intus- schen derwaarts overgeplaatste commissielid, den majoor A. B. W. J. Posno, is gebleken, dat, bij het bezigen van de rijponies der cavalerie als mitrailleurdraagpaard, deze zonder bezwaar, in alle gangen door verschillende terreinen, met 100 K.Gr. aan dood ge wicht kunnen worden belast. Hoewel dit resultaat alleszins gunstig is, zal het toch aanbe veling verdienen bij eene latere bestelling van ponies ook met de remonteering der bereden mitrailleurcompagnie rekening te houden. Op grond van eigen aanschouwing tijdens zijn commissiereis naar Australië,, meent het commissielid, de majoor A. B. W. J. Posno, dat zeer zeker ponies te krijgen zullen zijn, welke een nog grootere belasting aan dood gewicht in alle gangen kunnen dragen. Het gering aantal benoodigde ponies (tien) 1) in aan merking genomen, zal tegen het stellen van die hoogere eischen wel geen bezwaar bestaan. Nu het der commissie gelukt is voor de munitiepaarden een bepakkingswijze te ontwerpen, waarbij, binnen een maximum gewicht van 68 K.Gr., per munitiepaard 1800 patronen kunnen worden vervoerd, komt het haar, zoolang niet de cavalerie geheel met ponies zal zijn geremonteerd, niet noodzakelijk voor ook voor de munitiepaarden bij de bereden mitrailleurcompagnie ponies uit te trekken. Mocht hiertoe later worden overgegaan, dan zal tevens kunnen worden onderzocht, of alsdan de munitiepaarden bij het gevechts echelon niet met 6 munitiekistjes (2700 patronen), in totaal 87 K.G-. wegende, zijn te belasten. Hierdoor zou het aantal munitiepaarden per mitrailleureenheid tot twee zijn terug te brengen en bijgevolg het aantal paarden bij de compagnie met 16 kunnen worden verminderd. 1) nl. 8 mitrailleurdraagponies bij de compagnie en 2 als reserve.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1903 | | pagina 426