211 mitrailleurs in het buitenland. Bijlage II. g.s e* ^—l (8) Affuiteering. Laadwijze. Munitieuit rusting per mitrailleur. c3 bC m C PQ 03 T3 m Organieke in deeling. Toelichtingen. raderaffuit in gericht tot ver voer van 4000 patronen, be spannen met paard. banden van 250 patronen raderaffuit in gericht tot ver voer van 3500 patronen met zit plaatsen voor de bediening, be spannen met f paarden. banden van 250 patronen (5) 10600 17000 (9) 21000 1 sectie per in fanteriebrigade. Voor opleiding, oefening enz. in vredestijd zijn deze sectiën in gedeeld bij een der bataljons. 1 sectie per ca valeriebrigade (3 regimenten) en bovendien per ca valeriedivisie (t) één mitrailleur- sectie bij het ba taljon bereden infanterie, dat aan de cavalerie divisie wordt toe gevoegd. Bij de gereorganiseerde Yeomanry, 1 sec tie per regi ment (l) (2 bri gades). (1) Alleen de commandant is be reden, bediening en geleiders te voet. (2) nl. 1 sergeant en 2 korporaals. (3) of muildieren. (4) tweespannig vierradig voer tuig. (5) waarvan 4000 op de affuiten 6600 in de munitiecaisson. (6) bediening gezeten op de voer tuigen. (7) vierradige voertuigen met vier paarden bespannen. (8) bij de bij de cavalerie inge deelde mitrailleursectiën. (9) bij de bij de bereden infan terie ingedeelde mitrailleur- sectiën.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1903 | | pagina 469