56
De Këdjoerön brengt eenige nog niet verschenen familieleden
w.o. den ex-Këdjoerön, Radon alias Ama-n-Soeasa, den broeder
van Njaq Sara, en vertoont zijn bawar.
Een gewond inlandsch maréchaussée overlijdt en wordt met
militaire eerbewijzen begraven.
21 April.
Daar heden de termijn welke aan Réket Göip is gesteld ver
streken is, rukte onder mijn bevel eene colonne uit, ter sterkte
van acht brigades maréchaussée en vier sectiën infanterie met
gevechts-en bagagetrein en de opnemers. De Këdjoerön met
gevolg vergezelde den colonnecommandant.
Langs de Tripö-rivier gaande, bleek Këndawi geheel tot ver
dediging gereed, doch er viel geen schot uit die kampong; op
de wallen stond men ongewapend naar de voorbijtrekkende
troepen te kijken.' Pinang Rogóp en alle overige Pëdösönöns
waren verlaten. Bij Kala Pënömbön vielen de eerste schoten
van de bergen. Te 11.30 u. v.m. bij het complex Tjané Oekön—
Toenggöl Lëmpëlam aangekomen, blijkt dat slechts beide eerst
genoemde kampongs versterkt zijnen één geheel vormen, terwijl
eene nadere verkenning van de heuvels doet zien, dat zij door
een borstwering met versperring van elkaar zijn gescheiden en
beide door geweerdragenden bezet zijn.
Nadat kleine afdeelingen op de heuvels en bergen aan alle
zijden van het complex stelling hebben genomen, om te voor
komen dat de vijand die zelf zal bezetten ten einde van daar
uit den aanval te bemoeilijken, en voorts om vluchtenden te
kunnen achterhalen, wordt te 12.15 u. n.m. tot den aanval
overgegaan.
Tien minuten later gelukt het aan de maréchaussées, Toenggöl
binnen te dringenhet detachement der Péndéng-colonne echter
kon er aan de zijde waar het optrad niet in slagen zich dooi
de versperringen heen te werken en de borstwering te beklim
men, niettegenstaande het twee malen aanrukken van reserve-
afdeelingen. Het hier toen overbodig geworden gevecht werd
daarom afgebroken, terwijl het in de versterkte kampongs nog
voortduurde en eerst te 2 u. n.m. een einde nam.
184 dooden, w.o. 41 vrouwen en kinderen, 2 gewonde mannen