94 een nieuwe nederzetting met jongen klapperaanplant en enkele verspreid staande hutten. Yan 7 uur v.rn. tot 2 uur n.m. ging eene verkenningspatrouille van drie brigades onder den 2en luitenant van Braam Morris met kapitein Stolk naar de versterking bij Batoe Mënoenggöl. Bij de nadering bleek het reeds spoedig, dat de versterking reeds geheel verlaten was, waarop de daarin staande afdaken werden verbrand. In de nabijheid werden een familielid van den Këdjoerön, zekere Hadji Ali, en 4 andere mannen gearres teerd. Eerstgenoemde verklaarde, dat des Këdjoerön's echtge- noote gewoon was ten zijnen huize te koken en dat zij gisteren avond was geroepen om met spoed te vertrekken. De Këdjoerön en pengoeloe Tjéq waren naar benedenstrooms en Hadji Djafar Daar bovenstrooms gevlucht, terwijl de geringere lieden hunne wapens in het bosch hadden weggestopt en ongewapend naai de kampongs waren teruggekeerd. Een sectie onder bevel van den len luitenant Lasonder ging van 7 uur v.rn. tot 6 uur n.m. met een opnemer naar de Lawé Kingö. De patrouille van Seters keerde te 4.30 uur terug; zij had alle kampongs in de vlakte van Gör-gör weer bewoond gevon den en de bèntèng tegenover de kampong van dien naam ledig. Het weder, dat tot nu toe regenachtig was, wordt beter. 20 Juni. De colonnecommandant rukte met elf brigades, ter sterkte van 117 karabijnen, en drie sectiën infanterie met een opnemer, gevechts-en bagagetrein uit om de versterkte kampong Likat zoo mogelijk verrassend aan te vallen. Daartoe werd de weg genomen over Teroetong Pajong en Ntoealang Sëmbilar en van deze kampong door het bedekt en onbewoond terrein ten Z.Z.O. van het doel. Het gelukte ge heel onbemerkt met alle troepen te naderen tot op ongeveer 100 M. van de zuiderface van Likat, waar men druk in de weel was van de buiten- en binnenzijde der borstweringen de verde digingswerken te verbeteren. Na eene korte verkenning werd het aanvalsbevel gegeven en werden de troepen die niet direct aan den aanval zouden deelnemen op hunne plaatsen gebracht, waarna te 10.15 uur v.rn. tot den aanval werd overgegaan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 142