98 weringen hadden post gevat, kon er geen sprake van eenevei- rassing zijn en zou een schijnbeweging worden gemaakt, ten einde dan gelijktijdig op een ander punt den werkelijken aan val te doen. Nadat het aanvalsbevel was gegeven, begon de aanval te uur vm en reeds twintig minuten later was de geheele Z.O. borstwering in onze macht. Hier werd de verdediging buiten gewoon fanatiek gevoerd. Over de borstweringen langzaam vooruitgaande, moesten de kuilen en schuilplaatsen stuk vooi stuk op de verwoede verdedigers, die van geen wijken wilden weten, worden veroverd, waarbij zij meermalen plotselinge aan vallen met het blanke wapen deden. Te 2 uur n.m. eindigde het gevecht en kon worden overgegaan tot het tellen en herkennen der dooden en het verzamelen van de buitgemaakte wapens. In dit gevecht sneuvelden drie militairen en werden een of ficier, 22 minderen en 6 dwangarbeiders gewond. De'vijand had 654 dooden, w.o. 180 vrouwen en 130 kinderen, en aan gewonden 1 man, 16 vrouwen en 32 kinderen, voorts 28 ongedeerde kinderen, 3 lilla's, 124 geweren w.o. een ïepe- teerkarabijn, een groote hoeveelheid blanke wapens, levensmid delen en goederen in onze handen gelaten. Onder de dooden werden herkend Këdjoerön Djohar, Oeèn Atan en diens zoon Atan en pengoeloe Batèn met beider fa milieleden. Te 3.30 uur n.m. ging de ambulance met de dooden en ge- wonden onder dekking van drie sectiën infanterie onder bevel van kapitein de Graaf naar Bambél terug, waar zij te 5.45 uur n.m. aankwam. Te 4 45 uur meldde zich op het gevechtsterrein de Kapitein der infanterie J. P. A. Wilhelm, die juist met het transport uit Deli was gekomen, bestaande uit een volle compagnie infan terie en een zeer groot aantal dragers, waaronder vele vrije Bataksche koelies, en te 5 uur aanvaardden alle troepen den terugmarsch naar het bivak, waar de voorste afdeelmg om 7 uur aankwam, terwijl het daarna nog IJ uur duurde voordat het geheele transport binnen was. Yoor het gevecht wordt verwezen naar het desbetieffend rapport (bijlage 15).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 146