Bijlage 4.
INSTRUCTIE
Den 15en Februari e. k. zal eene mobiele colonne van Koeala
Simpang met den noodigen gevechts- en bagagetrein onder uw
bevel oprukken tegen de nederzettingen buiten de natuurlijke
grenzen van Gajö-Loeös (vide liet Gajö-land enz. van Dr. Snouck
Hurgronje, fol. 237240).
Bij deze colonne, van welke de sterkte enz. worden vast
gesteld door den militairen commandant van Sumatra's Oost
kust, zullen worden ingedeeld een le luitenant voor de civiele
aangelegenheden in het Gajö-gebied en een opnemer met 6 dwang
arbeiders van Groot-Atjèh.
De taak der colonne is:
le. het vijandig gezinde Péndéng tot onderwerping te brengen;
2e. Péndéng tijdelijk te bezetten om daar c.q. zieken, ge
wonden en berichten op te nemen van de colonne van Daalen
uit de Gajö-Loeös, en om voor de verdere evacuatie naar Groot-
Atjèh zorg te dragen; en
3e. de opneming van het terrein, waarvoor de instructies door
den brigadechef in Atjèh aan den opnemer gegeven zijn en van
welke instructies zoo min mogelijk mag worden afgeweken.
Berichten omtrent den vijand.
Op den weg Tampoer Gajö-Loeös zijn versterkingen aange
legd, die alle omtrokken kunnen worden. Zij liggen bij Tönggö
Kaméng, Bra wang Tingköm en tusschen Oréng en Boer ni Gadjah.
Verdere inlichtingen betreffende hoofden en bevolking zullen
worden gegeven door den officier, belast met de civiele aangele
genheden.
Toelichtende zuenken.
Voor het optreden tegen de Gajö's wordt verwezen naar de
in Atjèh en Onderhoorigheden van kracht zijnde instructie voor
colonne- en patrouillecommandanten (bijgevoegd) en naar de in-
VOOR DEN COMMANDANT DER PÉNDÉNG-COLONNE.