137
marcheerende zag ik eene groep der brigades Christoffel (ser
geant Nanlohij) op de berghelling, kon deze toeroepen en ver
nam dat de luitenant zelf zich meer voorwaarts bevond. Ver
der gaande, nu door de sawah over de vlakte, kreeg ik den
indruk, dat Pasér bestond uit vele huisjes over de sawah ver
spreid en misschien enkele grootere aan het zuid-oostelijke einde
der vallei, voor mij echter onzichtbaar. Naarmate ik dit ter
rein naderde, zag ik dat zich aldaar nog eenig volk ophield,
dat zich blijkbaar veilig waande, omdat het uitkijkposten op
de berghelling had. Hier en daar vertoonden zich eenige man
nen, eens zelfs zag ik een man of tien in zuidelijke richting
de rivier overgaan en de steenhelling daar beklimmen, die vlucht
ten, toen zij eenige schoten van ons kregen.
Op 300 M. van den rand, ter hoogte van een verhoogd
liggend huisje in de sawah gekomen, bleef ik eenige oogenblik-
ken waarnemen en kwam toén tot het besluit, dat er nog steeds
eenig volk voor mij zat.
Ik achtte het niet geraden met 5 man daarheen te gaan, ging
dus terug om een brigade te halen en kreeg eenige schoten na.
Bij den trein teruggekomen (2.30 uur n.m.) riep ik de ÏOe
Brigade op, liet de ransels achter en ging toen opnieuw vooruit.
Ter hoogte van het huisje bovengenoemd gekomen, zagen wij
weder een paar man, waarop onmiddellijk in den looppas werd
voorwaarts gegaan. Aan het bedekte terrein gekomen (A zie
schets bijlage A fig. 2) werden plotseling een 10-tal schoten
van vooruit ontvangen en kropen hier en daar een paar man
weg, waarop eenige salvo's werden afgegeven en onmiddellijk
alles opnieuw in den looppas voorwaarts ging. Het vuur nam
in hevigheid toe en werd versterkt door schoten, die rechts
van de overzijde der rivier flankeerend op ons werden afgege
ven (B zie schets), zoodat de brigade nu aan een hevig vuur
blootstond en zelf ook weer het vuur opende, zoowel voorwaarts
als naar rechts. Intusschen werd telkens nog weer vooruitge
gaan, totdat eene sterke borstwering zichtbaar werd, waarachter
veel volk, en lans- en steenworpen werden ontvangen.
In denzelfden tijd waren twee groepen van de afdeeling
Christoffel onder den Amboineeschen sergeant Nanlohij, Alg.
Stb. No. 43815, eveneens voorwaarts gerukt en bereikten zonder