- 159 en den hoornblazer naar de W. face om de afdeeling Scheepens op te zoeken. Kapitein Stolk is inmiddels gewond en bij de am bulance gegaan. Voor de Z.W. poort gekomen, wordt deze open gevonden en zie ik maréchaussées binnen Tjané Oekön. Onmiddellijk naar binnen gaande, wordt het signaal „ophou den met vuren" geblazen, doch dit wordt blijkbaar niet verno men door de afdeeling de Graaf, die nog steeds vóór de borst wering van Toenggöl staat te schieten. Nu wordt kapitein de Boer naar de afdeeling de Graaf gezon den om te bevelen het gevecht te staken en zijne afdeeling bij mij te verzamelen. Dit was te 1.30 uur n.m. Het gevecht in de kampong duurde inmiddels voort, daar de vijand zich ook hier achter de borstweringen en onder enkele huizen had verschanst. Ook de borstwering en versperring, welke Toenggöl van Tjané Oekön scheidde, bemoeilijkten het gevecht binnen de kampong, daar men aanvankelijk zich niet behoorlijk kon oriënteeren. Ook buiten de kampong werd veel schieten vernomen, zoodat met zekerheid kon worden gezegd, dat de daar opgestelde afdee- lingen niet nutteloos stonden. Te 2 uur n.m. was het gevecht geëindigd en werd het geheel verzameld in kampong Lëmpëlam, waar alles te 3.30 uur n.m. in bivak was vereenigd. Bijzondere mededeelingen. De vermeesterde vijandelijke stelling is zeer onvoordeelig voor de verdediging gelegen, in een nauw rivierdal, zoodat de kam pong van twee zijden gedomineerd kan worden. De vijand heeft getracht dit nadeel te ontgaan door het maken van gezichtsdekkingen, traversen en rugweren. De beide kampongs zijn onderling gescheiden door een borst wering met versperring er op. In deze borstwering bevindt zich een poort. Langs de N.O. en Z. face loopt een kunstmatig geïnundeerde gracht met randjoes. De borstwering en versperring zijn overi gens gelijk aan die der reeds genomen stellingen, doch zij zijn zwaarder en volmaakter.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 207