171
Het ravijn aan de W. zijde is eene natuurlijke bescherming
van die zijde.
De N. of rivierzijde is zwaar versperd door het vellen van
groote boomen, terwijl aan die zijde ook buitenwerkjes zijn aan
gelegd, die echter niet bezet waien.
De Z.O. face is van buiten kunstmatig onder water gezeten
evenals de Z.W. face geheel met randjoes bezet.
De aangebrachte versperringen zijn reusachtig zwaar en de
geheele borstwering is begroeid met levende bamboedoerie.
Overigens is de inrichting der verdediging als bij de vorige ge
vechten, doch meer volmaakt, omdat men veel tijd heeft gehad
om alles in orde te brengen. Door de kampong stroomt eene
waterleiding. (Zie de schetsen bijlage A.)
Verschoten munitie: 6842 patronen.
Koeta Radja, den 22en Augustus 1904.
De colonnecommandant
van Daalen.