Bijlage 13
met 1 bijlage.
RAPPORT BETREFFENDE DE VERMEESTERING VAN
DE VIJANDELIJKE VERSTERKING BIJ KOETÖ
RÉH OP DEN 14en JUNI 1904.
Nadat verschillende pogingen waren gedaan om de bezetting
van Koetö Réh tot overgave te brengen, verschillende verken
ningen waren uitgevoerd, waaruit zij kon afleiden dat wij ten
•slotte wel tot den aanval zouden overgaan, en haar eindelijk nog
■een ultimatum was gesteld, werden in den naavond van den
13en Juni te 6 uur v.m. in het bivak Lawé Sagoe de volgende
bevelen gegeven: „Te 7 uur v m. van den 14en rukken 11 bri
gades maréchaussées (122 karabijnen) met alle beschikbare of-
„ficieren, twee sectiën van de mobiele colonne van Koeala Sim
pang met kapitein de Graaf en luitenant Lasonder, de ambu
lance onder den offlcier van gezondheid Neeb, en vrijwilligers
„der dwangarbeiders met reservemunitie, stormladders en storm-
„stoeltjes onder mijn bevel uit naar Koetö Réh; 4 brigades
„onder kapitein Scheepens en waarbij luitenant Christoffel en 3
„brigades onder luitenant Watrin, waarbij luitenant van Braam
„Morris, zullen de aanvalscolonnes vormen; de twee sectiën zullen
„het terrein om de versterking afzetten om het ontvluchten van
„mannen te beletten, en 4 brigades, onder luitenant "Winter,
„blijven beschikbaar voor dekking ambulance en trein en re
serve. Kapitein Stolk vergezelt mij als stafofficier".
Naar aanleiding van dit bevel ging de colonne te 7.15 uur
v.m. in de hieronder opgegeven volgorde op marsch: de afdeeling
■Scheepens, de sectie Lasonder, de afdeeling Watrin, de sectie de
Graaf, 2 brigades, ambulance en overige gevechtstrein, 2 brigades.
Toen te 7.55 uur v.m. de versterking in 't gezicht kwam,
werd de afdeeling Scheepens met de sectie Lasonder door het be
dekt terrein oost om de versterking heen gezonden, met opdracht
luitenant Lasonder eene stelling aan te wijzen ten oosten van
Koetö Réh aan den rechteroever der rivier, dan zelf door te ruk-
