Bijlage 14 met 1 bijlage. RAPPORT BETREFFENDE DE VERMEESTERING VAN DE VERSTERKTE KAMPONG LIKAT OP DEN 20en JUNI 1904. Reeds in de Gajó-Loeös had men mij bericht, dat de grooten- deels uit Gajó's bestaande bevolking van Likat zeer vijandig gezind was en dit bericht was in de Alaslanden bevestigd door pengoeloe Biaq Moeü, een der pengoeloe Simpat Djahé, aan wien o.a. kampong Likat ondergeschikt is. Toen deze pengoeloe zich gemeld had en de mededeeling had gedaan dat Likat van geen onderwerping wilde hooren, werd dan ook niet verder getracht om aanraking met den wakél van genoemde kampong te verkrijgen, te meer niet, omdat onze patrouilles daar voortdurend beschoten werden. Intusschen hadden deze patrouilles echter Likat verkend en het was naar aanleiding van de door deze verkenningen ver kregen terreinkennis, dat in den namiddag van den 19en, te 6 uur v.m. de volgende bevelen konden worden gege\en. ,Te 7 uur v.m. van den 20en rukken onder mijn bevel uit, .11 brigades maréchaussée (117 karabijnen) met alle beschikbare "officieren, 3 sectiën infanterie onder kapitein de Graaf en waarbij "luitenant Delgorge, de ambulance onder den officier van ge wondheid Neeb, reservemunitie, stormladders, stormstoeltjes en .'250 dwangarbeiders, over Téroetoeng Pajong en Ntoealang Sëm- "bilar naar Likat, welke versterkte kampong zoo gedekt mogelijk "zal worden genaderd; 4 brigades onder luitenant Winter en waar- Wij luitenant Christoffel en 3 brigades onder luitenant Watnn, "waarbij luitenant van Braam Morris, zullen den aanval inlei den; 2 sectiën onder kapitein de Graaf en luitenant Delgoige ','zullen nader aan te wijzen stellingen buiten Likat innemen om „vluchtende verdedigers afbreuk te doen. „De derde sectie zal den trein en de ambulance dekken; de „vier resteerende brigades onder sergeant Emondt No. 33434 „vormen de reserve. „Kapitein Stolk vergezelt mij als stafofficier".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 225