Bijlage 15
met 1 bijlage.
RAPPORT BETREFFENDE DEI VERMEESTERING VAN
DE VERSTERKTE KAMPONG KOETÖ LËNGAT
BAROE OP DEN 24en JUNI 1904.
In den namiddag van den 23en te 6 uur v.m. werden in ver
band met door verkenningen verkregen terreinkennis de vol
gende bevelen gegeven:
„Te 7 uur v.m. van den 24en rukken onder mijn bevel naar
„Koetö Lëngat Baroe uit 11 brigades maréchaussée (110 kara
bijnen) met alle beschikbare officieren, 3 sectiën infanterie
„(48 geweren) onder kapitein de Graaf en waarbij luitenant
„Lasonder, de ambulance onder den officier van gezondheid Neeb,
„reservemunitie, stormladders, stormstoeltjes en 250 dwang
arbeiders, over Tëroetoeng-Pajöng, Ntoealang Sëmbilar en
„Koetö Moeliö;
„5 brigades onder luitenant Winter en waarbij luitenant Chris-
„toffel, en 2 sectiën onder kapitein de Graaf, waarbij luitenant
„Lasonder, zullen den aanval inleiden;
„4 brigades onder luitenant van Braam Morris zullen de
„reserve uitmaken; 2 brigades zullen het terrein op nader aan
„te geven punten buiten de versterking afzetten om vluchtende
„mannen op te vangen;
„1 sectie dekt trein en ambulance.
„Kapitein Stolk vergezelt mij als stafofficier".
Naar aanleiding van dit bevel rukte de colonne te 7.15 uur
v.m. van den 24en uit het bivak, den aangegeven weg volgende.
De indeeling was als hieronder is opgegeven:
2 brigades terreinafzetting, de afdeeling Winter, het detache
ment de Graaf-Lasonder, stormladders en -stoeltjes, reserve
munitie, ambulance, de afdeeling van Braam Morris, een groep
infanterie, de trein, een groep infanterie.
Voorbij Koetö Moeliö gaande, verdween de geheele colonne in
het bosch in de richting van de ladang beoosten de versterking.