7
achterwaarts bij Pëmaren Tiöng. Deze werd den 12en Februari
eerst ingewacht, daarna te ÏO1^ uur de marsch voortgezet, de
Blang Rakal bereikt en gevolgd, het zeer steile en moeilijke
ravijn der Enang-Enang doorgetrokken en 's namiddags een bivak
betrokken op 800 M. hoogte aan de Aloer Oeloe ni Gadéng.
Den 13en Februari werden eenige ravijnen doorgetrokken,
waaronder de moeilijke Tango Bësi; 's namiddags kwam het
kampongcomplex Toendjang in 't gezicht, gelegen op +900M.
hoogte; het bivak werd betrokken in de omgeving van kam
pong Pertèq. De bevolking betoonde zich hier niet vijandig;
aan eenige zieken, door mij onderzocht, werden op hun verzoek
geneesmiddelen verstrekt; onder hen bevonden zich eenige lijders
aan colloidstruma.
Den 14en Februari werd de tocht door een grootendeels met
prachtige dennenbossehen begroeid terrein voortgezet, achter
eenvolgens de kampongs Baléq en Boetör gepasseerd, het diepe
ravijn der Lampahan doorgetrokken, alwaar de colonne een
tweetal schoten ontving, waardoor een dwangarbeider niet levens
gevaarlijk gewond werd (schampschot langs het hoofd). Nadat
de colonne genoten had van een zeer fraai uitzicht over de
Këtöl-vlakte, waarin zich tusschen uitgestrekte sawah's en kleine
kampongs als een zilver lint de breede en snelstroomende Peu-
sangan-rivier slingert, werd vrij snel en steil naar deze vlakte
afgedaald, eenige kampongs tot rijstfourageering bezocht en
daarna het bivak betrokken in Tjintjang Mëdoeri, 700 M.
hoog. Yan uit deze kampong ging de marsch den 15en naar
Woïh ni Doerén, waarbij aanvankelijk van uit de sawah-vlakte
een vrij zware helling moest beklommen worden, terwijl daarna
het te volgen voetpad afwisselend leidde door fraaie dennen- en
wildhoutbosschen, hetgeen den marsch bijzonder veraangenaam
de; het geheel was te ll1^ uur te Doerén verzameld.
Voldoende uitgerust, werd den 16en Februari de waterschei
ding naar de Pëgasèng-streek beklommen, langs een vrij goed,
matig steil klimmend boschpad, waarvan het hoogste punt
1600 M. reikte, daarna naar de Peusangan-rivier afgedaald
en deze stroom 1 uur van haren oorsprong uit de Laut-Ta-
war overgetrokken, vervolgens naar Köng gemarcheerd, alwaar
het bivak betrokken werd tot en met den 20en d.a.v.