137
klimaat was hier door den nog al heerschenden mist, de nach
telijke neerslagen en regens en de af en toe zware windvlagen,
niet bijzonder aangenaam, vooral in de ochtendurenoverdag
was het meestal zonnig. In de Isaq-streek was het klimaat
veel aangenamerde temperaturen wisselden tusschen 64-85° F.
en met eene groote gelijkmatigheid; 's morgens vroeg was het
nu en dan mistig, een enkele maal hadden wij 's nachts wat
regen en eenmaal weerlicht. Overdag was het meestal helder,
zonnig weer.
Gedurende den boschmarsch van Isaq over Djagöng naar Kla
werd den 3en Maart 's morgens vroeg de laagste temperatuur
gedurende den geheelen tocht bereikt, nl. 53° F., terwijl de
middag-temperatuur te 1 uur slechts 61° F. bedroeg. Het hoog
ste bergpunt, op dien dag bereikt, bedroeg ruim 3000 M. Op
dien rnarsch kwamen vooral dagregens voor, meestal na 12 uur,
soms zeer zwaaréén enkele maal 's morgens mistéénmaal
dag- en nachtregen; tweemaal onweer en weerlicht waargeno
men, terwijl het in den voormiddag meestal zonnig weer was,
eenige dagen afwisselend bewolkt en zonnig. Bij het bereiken
van de vlakte der Gajö-Loeös werd 't klimaat weer beter en
vrij standvastig. De temperaturen schommelden met eene groo
te regelmatigheid meestal tusschen 65—85° F., de hoogstwaar-
genomen opname bedroeg op den 18en Maart 93° F., de laagst-
gemetene op den lle April 62° F. Overdag was het meestal
helder, zonnig weer, 's nachts had nog al eens regenval plaats,
die enkele malen zeer heftig was en veelal met zwaar onweer
of weerlicht gepaard gingop enkele dagen werd ook 's mor
gens tot 8 uur zware mist waargenomen, terwijl soms te
gen den middag hevige windvlagen kwamen doorzetteneens
had op den 18en Maart een zware hagelslag, gepaard met heftig
onweer en hevigen storm, plaats.
Dagregens kwamen minder veelvuldig voor, waren meestal ook
niet zwaar en hadden soms meer het karakter van een motregen.
In het algemeen kan gezegd worden dat het klimaat in de
Gajö-Loeös gezond, aangenaam, 's morgens en's avonds heerlijk
frisch was en zich kenmerkte door eene bijzondere vastheid
zonder groote temperatuursschommelingen.
Den 17en Maart werd door de colonne te Ketoeka eene zeer