21 te Ongkal en in Tënambaq. Daar te Lömöt niet te fourageeren was, had zij gebrek aan rijst gehad, doch zich schadeloos weten te stellen door het schieten van een hert en een wild zwijn. Lömot zelf was een wildernis gelijk geworden en de bevolking had zich blijkbaar op de sawah, die pas was bebouwd, geves tigd. Bij aankomst aldaar werd een drietal gewapende Gajö's verrast, waarvan er een met een voorlader in handen van de patrouille viel. Op den terugmarsch stond eene zeer groote bende op de bergen aan de zijde van Linggö de brigades op te wachten, doch zij vluchtte al schietende in zeer verspreide orde naar het hoogere gebergte, toen de maréchaussees eene voor- waartsche beweging maakten. Ook in Tënambaq werden onze troepen des nachts door een enkel schot verontrust. Pengoeloe Tjéq Dah waarschuwde er voor, dat het voetpad van Djagöng naar Kla in vele jaren niet begaan was, omdat de bewoners der Gajö-Loeös dien communicatieweg stelselma. tig hebben willen doen verdwijnen. Het zou tien jaren gele den zijn, toen hij dien weg maakte. 29 Februari. Te 7 uur v.m. rukte de colonne met drie dagen vivres bij den man en zes dagen rijst bij den trein over het Barisange- bergte naar Djagöng, dat aan den bovenloop der Meulaboh-rivier is gelegen. Reeds te 3 uur n.m. kwamen de voorste brigades daar aan en te 6 uur daarop was alles in bivak op den rech teroever der Djagöng-rivier. De weg was over het algemeen zeer gemakkelijk te noemen slechts de klim naar en de afdaling van het groote waterschei dingsplateau waren zeer vermoeiend, terwijl enkele zijtakken van de Djagöng-rivier ook nog door hunne zeer moerassige boor den moeilijkheden voor den trein opleverden. In een dezer zijtakken, de Wöih ni Këmböja, werd in zeer oude tijden van uit Isaq goud gewasschen. Djagöng zelf is bestemd om te verdwijnen. De zeer enkele woningen zijn zeer bouwvallig en de omtrek is bijna tot wil dernis geworden. Slechts een oude vrouw trof de colonne daar aande beide mannelijke bewoners van dit vervallen gehucht waren gevlucht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 69