41 Een andere even sterke afdeeling, onder bevel van luitenant Aukes en vergezeld van den len luitenant-opnemer Hoedt, dekt mijne verkenningen van de heuvels van Blang Këdjërèn, waartoe eerst eene bende van 40 geweerdragenden van daar moest worden verdreven. Een brigade gaat op de runderjacht. De wd. Këdjoerön verzocht, of de goedgezinde kampongs zich zouden mogen komen melden, hetwelk goedgunstig op morgen werd toegestaan. 28 Maart. Yan 8 uur v.m. tot 1.30 uur n.m. maakte de colonnecomman dant, gedekt door twee brigades onder kapitein Scheepens en ver gezeld door den len luitenant-opnemer Hoedt, eene verken ning ten O. van Boeket. Teruggekomen in het bivak maakten in plechtigen optocht met groot gevolg, op de volgens de adat gebruikelijke wijze, hunne opwachting: de wd. Këdjoerön, Ama-n-Si Pi Ih, diens zoon Si Pi Ih, Aboe Taha, zoon van den verbannen ex-Këdjoerön Ama-n-Ratoes, de Këdjoerön Moedö, Asem alias Ama-n-Tjajamoena, de Toeö Dölörn, de Imöm balé van Pëtiambang, de wakèl van Pëtiambang, de Rödjö Tjéq van Gölö, Laqsa alias Ama-n-Djëmë'ah, de Rödjö Moedö van Gölö, Tjorög, de pengoeloe van Pënggalangan, de pengoeloe van Lëmpoh, de pengoeloe van Koetö Seré, de bödöl van Rödjö Tjéq Pörang en de bödöl van Rödjö Moedö Pörang van Koetö Boekét. Aan de verzamelde hoofden werd medegedeeld, dat het Gou vernement Këdjoerön Bédén als territoriaal hoofd van geheel Gajo-Loeös erkent en dat hij en zijn vader, de ex-Këdjoerön Njaq Sara, spoedig met onze troepen van Péndéng hier zullen komendat niet meer zal worden geduld, dat de kiesgerechtigde pengoeloe's den Këdjoerön naar welgevallen afzetten en vervan gen dat de nog niet opgekomen hoofden na aankomst van Bé-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1905 | | pagina 89